Sinds 1 maart kan weer online aangifte worden gedaan voor de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over het belastingjaar 2023. De Belastingdienst biedt bij diverse aangifte-onderwerpen extra hulp. Zo is er ingeval afkoop van een lijfrente een aangifte-item voor 2023 is, een online rekenhulp aanwezig waarmee de verschuldigde revisierente in voorkomende gevallen kan worden berekend.
Als met een lijfrenteproduct waarvoor recht op aftrek van de premie/inlegbedragen in box 1 bestond een ‘verboden’ handeling wordt verricht dan worden negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen bij het box 1-inkomen van de verzekeringnemer, dan wel rekeninghouder geteld. Veel voorkomende verboden handelingen zijn overschrijding van de wettelijke uitvoeringstermijn, overboeking van het lijfrentekapitaal naar een niet-toegelaten aanbieder, vervreemding en prijsgeven. De verboden handeling die het meeste voorkomt is afkoop.
Fiscale gevolgen
Bij afkoop is over het bedrag van de negatieve uitgaven inkomstenbelasting (IB) verschuldigd. Deze negatieve uitgaven worden bij afkoop gesteld op de afkoopsom. Naast de reguliere IB is de verzekeringnemer/rekeninghouder over die afkoopsom in beginsel revisierente verschuldigd. De revisierente bedraagt standaard 20%. Daarbij mag rekening worden gehouden met niet-afgetrokken bedragen voor zover is bewezen dat deze bedragen niet zijn afgetrokken. Dit kan blijken uit een door de Belastingdienst afgegeven saldoverklaring. Bij overschrijding van de wettelijke uitvoeringstermijn, mag ook rekening worden gehouden met niet-afgetrokken lijfrentebedragen, omdat dit fiscaal gezien wordt als afkoop. Bij iedere andere oneigenlijke handeling met een lijfrente geldt dat IB en revisierente zijn verschuldigd over, in beginsel, de waarde van de lijfrente-aanspraak ten tijde van de verboden handeling. Daarbij mag nooit rekening worden gehouden met niet-afgetrokken bedragen.
Het vorenstaande geldt in het algemeen voor nieuw regime-lijfrenteverzekeringen (globaal gesproken: afgesloten na 1991), maar ook bij afkoop van bancaire lijfrenten, zoals de lijfrenterekening en het lijfrentebeleggingsrecht.
Geen revisierente verschuldigd
Bij afkoop van een lijfrente is niet altijd revisierente verschuldigd. Er is géén revisierente verschuldigd bij afkoop van:
- een kapitaalverzekering met lijfrenteclausule die onder de eerbiedigende werking van het oude fiscale regime van vóór 1992 valt en niet is aangepast aan de Wet IB 2001;
- nieuw-regime-lijfrenten waarvan de bruto-afkoopwaarde in 2023 € 4.898 (zogenoemde ‘kleine lijfrente‘) of minder bedraagt;
- nieuw-regime-lijfrenten in geval de regeling voor afkoop bij langdurige arbeidsongeschiktheid van toepassing is.
Ingeval een nieuw regime-lijfrente in verband met langdurige arbeidsongeschiktheid wordt afgekocht tot een hoger bedrag dan het wettelijk toegestane grensbedrag dan is alleen over het bedrag dat hoger is dan dit grensbedrag (het excedent) revisierente verschuldigd. Het betreft dus een ‘in-zoverre-regeling’. Om gebruik te kunnen maken van deze versoepelde afkoopregeling moet wel worden voldaan aan de overige fiscale vereisten van de afkoopregeling.
Tegenbewijsregeling revisierente
Als een lijfrente is afgekocht niet later dan in het 10e jaar na het afsluiten ervan, dan kan een beroep worden gedaan op de tegenbewijsregeling die is opgenomen in artikel 30i, lid 3 Algemene wet inzake rijksbelastingen. Hierbij wordt de revisierente aan de hand van de heffings- en belastingrente op een andere manier berekend, en wel enkelvoudig. Daarbij wordt rekening gehouden met de premieaftrek in de afgelopen jaren. Dit kan voor een klant voordeliger zijn.
Let op! Bij afkoop van een ‘grote’ nieuw regime-lijfrente krijgt een klant vaak niet de bruto afkoopsom in handen. Op die afkoopsom houdt de lijfrente-aanbieder loonheffing in. Deze draagt hij af aan de Belastingdienst. Zo’n inhoudings- en afdrachtverplichting bestaat niet bij andere verboden handelingen. In dat geval zal de lijfrente-aanbieder in het algemeen wel gelden achterhouden. Dit vanwege een mogelijke aansprakelijkheidstelling voor de IB- en revisierenteschuld. |
Waarde-opgaaf aanbieder
Degene die een lijfrente bij een professionele lijfrente-aanbieder heeft afgesloten hoeft geen ingewikkelde berekeningen te maken om de belastbare waarde van zijn lijfrente te bepalen. Bij een verboden handeling met de lijfrente, verstrekt de lijfrente-aanbieder in het algemeen altijd een waarde-opgaaf. Met die opgaaf in de hand, kan de voor de heffing van IB belastbare waarde van de lijfrente worden vastgesteld en vervolgens kan de verschuldigde IB worden berekend. Ten slotte kan aan de hand van de vastgestelde lijfrentewaarde de daarover verschuldigde revisierente worden berekend. Als de tegenbewijsregeling van toepassing is, kan voor berekening van de revisierente gebruik worden gemaakt van het Hulpmiddel Revisierente van de Belastingdienst.
Tot slot
Met het Hulpmiddel Revisierente van de Belastingdienst kunnen berekeningen worden gemaakt voor de afkoopjaren 2017 tot en met 2023. Lees daarover meer op de informatiepagina van de Belastingdienst. Voor iedere afgekochte lijfrente moet het hulpmiddel apart worden ingevuld. Is de uitkomst volgens de tegenbewijsregeling minder dan 20% van de afkoopsom of het tegoed? Dan geldt die lagere uitkomst als revisierente. Dit bedrag kan worden ingevuld in de aangifte.
Het Hulpmiddel Revisierente is zeer gebruikersvriendelijk. Handig is het wel alvast de financiële gegevens rond de afkoop en de aangiftegegevens van oude jaren inzake de wel en niet-afgetrokken premies klaar te leggen. Als de revisierente is berekend met het hulpmiddel, is het aan te raden daarvan een print te maken alvorens het hulpmiddel wordt afgesloten. De belastinginspecteur kan er om vragen.
Erik van Toledo (op persoonlijke titel), Belastingdienst.
Deze bijdrage is eerder gepubliceerd op Pensioen Vanmorgen. Met Pensioen Vanmorgen onderbouw je jouw pensioenkennis. Je volgt relevante ontwikkelingen en krijgt nieuwe inzichten door zowel korte als beschouwelijke artikelen. Abonneer je op Pensioen Vanmorgen en ontvang alle ins en outs over pensioenen voor een goed onderbouwd pensioenadvies.
Geef een reactie