De Belastingdienst heeft de Handreiking tijdelijke pensioenknip 2015 gepubliceerd. De pensioenknip is tijdelijk weer mogelijk in afwachting van de Wet variabele pensioenuitkering.
Bij een pensioenknip wordt het pensioenkapitaal op de pensioendatum gesplitst. Een deel van het kapitaal wordt gebruikt voor een direct ingaande tijdelijke uitkering. Het andere deel wordt gebruikt voor een daarop aansluitende levenslange uitkering.
Partnerpensioen
Bij een pensioenknip ‘volgt’ een eventueel partnerpensioen de voor het ouderdomspensioen gemaakte keuze. Dit heeft een splitsing in de dekking voor het partnerpensioen tot gevolg. In geval van vooroverlijden van de werknemer hebben ook (ex-)partners met een (bijzonder) partnerpensioen de mogelijkheid om een pensioenknip toe te passen. Dit geldt ook voor ex-partners met een geconverteerd pensioenrecht.
DGA
Een directeur-grootaandeelhouder die voor de toepassing van de PW niet wordt aangemerkt als een werknemer kan ook gebruikmaken van de pensioenknip. Er moet wel sprake zijn van een premieovereenkomst of een kapitaalovereenkomst die zou voldoen aan de eisen van de PW indien die wet daarop van toepassing zou zijn. De pensioenknip kan ook worden toegepast indien de premieovereenkomst of de kapitaalovereenkomst van een directeur-grootaandeelhouder is verzekerd bij een lichaam als bedoeld in artikel 19a, eerste lid, onderdeel d, van de Wet LB (eigen beheer). Indien er in de hierna gestelde voorwaarden wordt verwezen naar een bepaling van of op basis van de PW, geldt voor de directeur-grootaandeelhouder dat die op overeenkomstige wijze moet worden toegepast.
C-polis
In artikel 18, vijfde lid, van de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet is overgangsrecht opgenomen voor C-polissen in de zin van artikel 2, vierde lid, onderdeel c, van de Pensioen- en spaarfondsenwet waarop na 1 januari 2007 geen verwerving van pensioen meer plaatsvindt. Voor deze C-polissen blijft de Pensioen- en spaarfondsenwet van toepassing. De pensioenknip kan ook worden toegepast voor een C-polis die voldoet aan de voorwaarden van artikel 18, vijfde lid, van de Invoeringsen aanpassingswet Pensioenwet. Er moet wel sprake zijn van een premieovereenkomst of een kapitaalovereenkomst die zou voldoen aan de eisen van de PW indien die wet daarop van toepassing zou zijn. Indien er in de hierna gestelde voorwaarden wordt verwezen naar een bepaling van of op basis van de PW, geldt dat die op overeenkomstige wijze moet worden toegepast voor de betreffende C-polis.
Lees hier de Handreiking tijdelijke pensioenknip 2015.
Wet variabele pensioenuitkering
Op dit moment is het wetsvoorstel van de Wet variabele pensioenuitkering in voorbereiding. In het kader van dit wetsvoorstel wordt bezien in hoeverre het mogelijk is om de werknemer de keuze te bieden het in een premieovereenkomst of een kapitaalovereenkomst opgebouwde pensioen na de pensioendatum mee te laten bewegen met het beleggingsresultaat en de ontwikkeling van de levensverwachting. Door het wegvallen van de garanties van de pensioenuitvoerder kan een groter deel van het vermogen in zakelijke waarden worden belegd en kunnen dergelijke beleggingen ook na de pensioendatum worden voortgezet. Dit maakt het mogelijk over het opgebouwde vermogen een hoger beleggingsrendement te behalen en daarmee een hoger verwacht pensioenresultaat te realiseren. Tegenover een hoger verwacht rendement staan echter ook hogere risico’s voor de werknemer. De mogelijkheid om na de pensioendatum in zakelijke waarden te beleggen, maakt het pensioen minder afhankelijk van de actuele marktrente op de pensioendatum. De invoering van de Wet variabele pensioenuitkering is niet op korte termijn te realiseren. Daarom is besloten om de pensioenknip tijdelijk weer mogelijk te maken.
Geef een reactie