Sinds 1 januari 2016 is het mogelijk om een pensioenregeling onder te brengen bij een zogenaamd Algemeen pensioenfonds (APF). Zo’n nieuwe pensioenuitvoerder kan meerdere en verschillende pensioenregelingen tegelijkertijd uitvoeren.
Een APF is bedoeld voor kleinere pensioenfondsen om kosten te besparen. Een APF kan meerdere regelingen van verschillende kleine fondsen uitvoeren. Door de regeling desgewenst onder te brengen in een aparte collectiviteitskring is er wel sprake van afgescheiden vermogen en blijft het risico beperkt. Door de regeling onder te brengen bij een APF kunnen door schaalvoordelen de administratieve kosten omlaag. Uit de Memorie van toelichting bij het wetsvoorstel blijkt dat de behoefte aan schaalvergroting kennelijk groot is. Van de 382 pensioenfondsen begin 2013 zijn er in 2015 nog maar circa 300 over. Veel fondsen hebben in het verleden hun verplichtingen overgedragen aan verzekeringsmaatschappijen. De verwachting is dat het aantal pensioenfondsen in de toekomst nog verder daalt. We zien nu vooral pensioenverzekeraars die een vergunningsaanvraag voor een APF hebben ingediend. Zij bieden de kleine pensioenfondsen hiermee een nieuw alternatief.
Verzekerde regelingen
In Nederland zijn de meeste pensioenregelingen ondergebracht bij een pensioenfonds. Een andere mogelijkheid is om de pensioenregeling van de werknemers bij een verzekeraar onder te brengen. Ook een verzekerde regeling kan op contractvervaldatum ondergebracht worden bij een APF.
Door de lage rekenrente zijn garantieregelingen, zoals een middelloonregeling die is afgesloten bij een verzekeraar, de laatste jaren erg duur geworden. Wil de werkgever wel een middelloonregeling aan zijn werknemers blijven aanbieden dan kan een APF een alternatief zijn. Verzekeraars en pensioenfondsen verschillen namelijk op bepaalde punten wezenlijk van elkaar.
Zowel bij een pensioenverzekeraar als bij een pensioenfonds is het van belang dat het pensioen ook daadwerkelijk wordt uitgekeerd. De Nederlandsche Bank houdt hier strikt toezicht op. Het toezicht op een pensioenfonds is geregeld in de Pensioenwet, terwijl het toezicht op een pensioenverzekeraar voortvloeit uit de Wft. Een pensioenfonds kan in financieel moeilijke tijden besluiten om de premie te verhogen of pensioenaanspraken af te stempelen. Een pensioenverzekeraar heeft deze mogelijkheid niet. Bij het bepalen van de hoogte van de premie houdt de verzekeraar dus rekening met de garanties die zij geeft. Hierbij moeten de verplichtingen op grond van de Wft volledig zijn afgedekt. In de huidige situatie met een lage rente en stijgende levensverwachting is garantie erg duur. Op de vervaldatum van het contract bij de verzekeraar kan dit tot een grote verrassing voor de werkgever leiden. Het verlengingsvoorstel gaat uit van een premie die vele malen hoger is dan de oude premie. Een keuze voor een APF in plaats van een verzekerde middelloonregeling kan de werkgever in dat geval veel kosten besparen.
Vervolgens kan de werkgever onder bepaalde voorwaarden kiezen of hij zijn regeling onderbrengt in een bestaande collectiviteitskring of dat hij kiest voor een eigen collectiviteitskring. Een verzekeraar biedt een APF aan met zelfs drie standaardkringen. De kringen variëren van helemaal standaard naar steeds meer maatwerk. Als vierde oplossing biedt het APF van deze verzekeraar ook een geheel eigen collectiviteitskring aan.
Het advies
Een APF is uiteraard niet het enige alternatief om de verzekerde middelloonregeling in onder te brengen. Een werkgever die geconfronteerd wordt met hogere pensioenkosten kan ook kiezen voor een premieovereenkomst bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling. De vraag is wat nu het beste alternatief is? Dat is op voorhand niet te zeggen. Van belang is dat de werkgever in zijn keuze goed begeleid wordt door een deskundig pensioenadviseur.
Rol toezichthouder
Hoewel velen menen dat advies over pensioenfondsen niet onder de werkingssfeer van Wft Pensioen valt, denkt de AFM daar anders over. Volgens de AFM moet een adviseur die adviseert over aansluiting bij een APF wel degelijk óók aan de eisen van de Wft voldoen. De Wft-gecertificeerde pensioenadviseur is bij uitstek degene die een gedegen afweging tussen de verschillende alternatieven kan maken. De AFM verwacht overigens niet dat adviseurs zonder de vereiste deskundigheid zich gaan richten op het advies over aansluiting bij een APF.
Is het APF de meest passende keuze voor de werkgever, dan is vervolgens de vraag welke APF het meest geschikt is. Zoals aangegeven hebben inmiddels verschillende partijen een vergunning aangevraagd. Dit noodzaakt een grondige analyse van de verschillende mogelijkheden. Daarbij komt dan ongetwijfeld aan de orde of aansluiting bij een bestaande collectiviteitskring het beste is of dat een aparte collectiviteitskring ingericht moet worden. Deze analyse is ook weer een taak voor de pensioenadviseur.
Risico’s
In de huidige maatschappelijke ontwikkelingen worden de risico’s van de regeling steeds meer naar de deelnemer overgeheveld. Dit geldt ook in zekere mate voor de overgang van een verzekerde middelloonregeling naar een APF. Welke oplossing de werkgever uiteindelijk ook kiest als alternatief voor een verzekerde uitkeringsovereenkomst, de deelnemer moet op de hoogte worden gebracht van de gevolgen. Het is goed om met de werkgever af te spreken hoe de rolverdeling in dat kader tussen werkgever en adviseur moet zijn. Wil de werkgever zelf de communicatie richting zijn werknemers verzorgen of vraagt hij de adviseur hier een rol in te spelen?
Voor de pensioenadviseur is het van het grootste belang om op de hoogte te zijn en te blijven van de ontwikkelingen rond APF. Hij zal immers de mogelijkheid van een APF in zijn analyse en advies moeten betrekken.
Tijdens het pensioenseminar OP en Top Pensioen op 20 april aanstaande gaat Nicolette Opdam uitgebreid in op het belang van de APF voor de adviespraktijk van de pensioenadviseur. Nicolette werkt sinds 2005 als advocaat en partner Pensioenrecht en Financieel recht bij Holland van Gijzen, met een focus op pensioenen en toezichtregelgeving. Zij is tevens sectorleider pensioenen voor EY. Nicolette adviseert werkgevers, pensioenuitvoerders en pensioenfondsen en is vanuit HVG rechtstreeks betrokken bij de oprichting van een aantal APF’s.
Lees meer over het Pensioenseminar OP & TOP Pensioen op www.pensioenseminar.nl
Geef een reactie