
Zijn eerste reactie is om Jamie met een mopperige opmerking rustig te krijgen. Maar hij bedenkt zich, slaat zijn benen over de rand van het bed en bukt voorover om Jamie te pakken. Maar die heeft het inmiddels op een lopen gezet. Gijs rent achter hem aan, Jamie duikt over de bank en schuift met stoelen, ondertussen giert hij het uit. ‘Pak me dan…’
Een paar minuten later heeft Gijs hem inderdaad te pakken en sluit hij Jamie in zijn armen.
‘Rustig, straks denken de buren nog dat hier iets aan de hand is.’
Gijs laat Jamie los.
‘Weet jij wat wij vandaag gaan doen?’
Jamie haalt zijn schouders op en kijkt Gijs vragend aan.
‘Wij gaan naar het zwembad. Laatst heb jij je zwemdiploma gehaald en nu is het dus belangrijk dat je regelmatig gaat zwemmen, voordat je het weer verleerd.’
‘Kan dat dan?’, vraagt Jamie weifelend.
Gijs schiet in de lach en geeft Jamie een knuffel. ‘Nee, je hoeft niet weer af te zwemmen, maar het is wel fijn als je regelmatig naar het zwembad gaat.’
‘Mag ik dan van de hoge glijbaan?’
Gijs knikt. ‘Maar nu gaan we eerst ontbijten en daarna pakken we je spullen en gaan we naar het zwembad.’
Als Jamie ’s avonds op bed ligt, besluit Gijs toch nog even achter zijn computer te kruipen. Hij zoekt het mailtje op dat hij heeft gekregen van iemand die hij gevraagd heeft om in het eerste deel van zijn onderzoek kritisch tegen te lezen. Even later heeft hij het mailtje gevonden en opent hij het.
Beste Gijs,
Met veel interesse heb ik het eerste deel van je onderzoek gelezen. Je hebt een aantal interessante waarnemingen gedaan. Waar ik nog wel een vraag over heb is het volgende. In je onderzoek schrijf je op een gegeven moment, en ik citeer:
“Ik constateer dat het speelveld waarbinnen het accountantsberoep wordt uitgeoefend de komende jaren behoorlijk zal veranderen. Er zijn gewoon te weinig opvolgers beschikbaar om het potentieel aan vennootposities dat de komende jaren vrijkomt op te vullen. (….) Dat maakt het voor partijen buiten de accountancy aantrekkelijk om in deze branche te investeren. Daarbij wordt het economisch eigenaarschap losgekoppeld van het professioneel eigenaarschap. Dat een dergelijk besturingsmodel prima kan werken in een omgeving waarbij professionele onafhankelijkheid noodzakelijk is, wordt bewezen door de journalistiek.”
Maar als kritische tegenlezer vraag ik mij af of de journalistiek wel een goede vergelijking is. Zien journalisten niet alleen maar slecht nieuws en komt dat niet door het verdienmodel van de media, die moeten leven van de advertentie-inkomsten. Dat zorgt toch voor ongebalanceerde journalistiek?
..
Gijs kan dat wel waarderen, mensen die hem tegenspreken. Daardoor wordt hij ook weer gedwongen om goed na te denken of wat hij wilde zeggen wel goed is overgekomen, en het kan natuurlijk ook zo zijn dat hij er helemaal naast zit. Gijs denkt een tijdje na en begint dan zijn antwoord te typen.
Beste ..
Dank voor je reactie. Ik begrijp hieruit dat je het idee hebt dat journalisten in veel media nogal behoorlijk op de trom slaan en daarbij vooral oog hebben voor slecht nieuws. Dat is volgens jou ook logisch omdat de eigenaren van die mediabedrijven vooral belang hebben bij het verkopen van veel advertenties en dat gaat niet lukken als je alleen maar goed nieuws verkoopt.
Hoewel ik je reactie herken, deel ik die zienswijze niet. Journalisten zijn professionals die net als accountants iedere dag erop uit zijn om zo goed mogelijk hun werk te doen. En de meesten van hen zijn ook lid van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (nvj.nl). De NVJ is net als de NBA een beroepsorganisatie. Het is, zo weet ik ook uit ervaring, journalisten hun eer te na om niet onafhankelijk te werk te gaan. En journalisten hebben altijd de plicht om meerdere bronnen te raadplegen alvorens ze een bericht mogen plaatsen. In redactiestatuten is geregeld dat de eigenaren van mediabedrijven geen enkele zeggenschap of invloed hebben op wat er gezegd, geschreven of getoond wordt. Dus als ik het had over een model waarin economisch eigenaarschap losgekoppeld is van professioneel eigenaarschap, dan had ik dat voor ogen. En dat werkt, zo blijkt in de praktijk behoorlijk goed.
Nu is er echter wel een probleem en dat is dat er ook veel mensen zijn die geen journalist zijn en allerlei stukjes schrijven op platformen, denk aan sociale media of andere platformen. Een mooi voorbeeld hiervan zijn influencers, die schrijven wat ze willen zonder dat ze zich hoeven te bekommeren om zaken als waarheidsvinding of objectiviteit. Daar is het verdienmodel dus echt anders.
Een ander verhaal zijn zogenaamde columnisten. Columnisten mogen ook altijd schrijven wat ze willen. De redactie van een krant of programma zal zich niet bemoeien met hetgeen een columnist schrijft. Maar columnisten zijn in de regel dan ook geen journalisten. Dus wat een columnist schrijft mag je altijd met een flink korreltje zout nemen.
Ik hoop dat je nu wat meer inzicht hebt in de achtergrond van mijn redenering dat een scheiding van economisch eigenaarschap niet automatisch betekent dat het professioneel eigenaarschap daarmee in het gedrang komt. Dat is in de praktijk goed te regelen.
Overigens zal ik in mijn onderzoek nog de nodige aandacht besteden aan de opkomst van private equity in de accountancybranche.
Met een vriendelijke groet,
Gijs
Gijs leest zijn antwoord nog een keer na en drukt op de verzendknop. Daarna loopt hij naar de koelkast, pakt een alcoholvrij biertje en zet een playlist op Spotify aan. Met zijn gedachten is hij even terug in het zwembad. Hij is wel tien keer de glijbaan af geweest, heeft zich mee laten stromen op een wildwaterbaan en uiteindelijk heeft hij Jamie nog verwend met een kindermenu. Morgenavond komt zijn ex Jamie weer halen. Hoewel Gijs opgelucht is dat hij niet meer samenwoont, bekruipt hem soms het gevoel dat Jamie het toch leuker zou vinden als hij niet steeds van het ene adres naar het andere moet.
Jan Wietsma
Eerdere afleveringen:
Geef een reactie