Tot verbazing van velen heeft de NBA haar leden voorgesteld om de nieuwe samenstelstandaard 4410H zodanig aan te passen dat het opstellen van jaarrekeningen van micro-entiteiten onder deze standaard zou vallen. Volgens de NBA zijn de voorschriften van 4410H ook voor het samenstellen van jaarrekening van micro-entiteiten passend en zonder onnodige ballast. Inhoudelijk en principieel is daar wat voor te zeggen, maar in de praktijk werkt dit niet.
Fiscount pleit er voor om de cliënt er voor te laten kiezen wat voor opdracht (en verklaring) bij de jaarrekening nodig is; zoals momenteel ook bij IB-plus overzichten het geval is. Het mag zo zijn dat de basisprincipes van 4410H voor een accountantskantoor ook voor de werkzaamheden voor de micro-entiteit jaarrekening zullen gelden; dezelfde principes van zorgvuldigheid en deskundigheid etc. zijn immers van toepassing. De NBA heeft de laatste jaren echter toegestaan dat collegiale toetsingen zijn doorgeslagen in die zin dat toetsers soms vergaand en expliciet allerlei details in het dossier onderbouwd willen zien. Pas bij de Commissie van Beroep of bij de Accountantskamer blijkt dan dat de toetsers hier te ver in zijn gegaan. Bij IB-plus aangiften hebben accountants in de praktijk veel meer de ruimte om uit te gaan van hun professional judgement, en op basis van hun vak- en cliëntkennis te bepalen wat in de gegeven omstandigheden deskundig en zorgvuldig is qua werkzaamheden en vastlegging daarvan.
De wetgeving rond micro-entiteiten brengt al de nodige (onder andere omzet-technische) uitdagingen voor accountants met zich mee; indien de gehele 4410H ook nog van toepassing wordt (en het dossier dus gedetailleerder moet worden opgebouwd) zou dit een flinke lastenverzwaring zijn. Verder had de wetwijziging voor accountants nu net de charme dat het verschil ten opzichte van de uitvoering van ‘IB-plus opdrachten’ was verdwenen. Dat wil de NBA nu dus terugdraaien.
Geef een reactie