Cultuur en beloningsbeleid, dat zijn de belangrijke taakgebieden die nu ook door de niet-OOB kantoren moeten worden opgepakt in het kader van het verbeterplan voor de accountancybranche. De voorgestelde maatregelen uit het rapport rapport ‘In het publiek belang’ van september 2014 moeten nu ook door de niet OOB-kantoren worden uitgevoerd. Maatregelen rond pensioenen en goodwill volgen later.
Nu de grote kantoren inmiddels op steek lijken te zijn met hun uitvoering van de maatregelen zijn nu de overige kantoren aan zet. Volgens Robert Mul, bij de NBA verantwoordelijk voor de uitvoering van dit programma, draait het vooral om de cultuur binnen een kantoor. Uiteindelijk moet het bestuur zorg dragen voor- en het monitoren van wat hij omschrijft als ‘een cultuur in de gehele organisatie gericht op kwaliteit en publiek belang.’ Kantoren kunnen daarvoor gebruik maken van de cultuurmeter. De cultuurmeter bestaat o.a.uit een vragenlijst rond de thema’s kwaliteit, leiuderschap, groepsdynamiek, rol-en omgevingsbewustzijn, beloningsbeleid en zelfevaluatie en lerend vermogen. Met dit instrument moeten kantoren de pols van hun eigen organisatie kunnen meten. Een andere belangrijke maatregel is het op orde brengen van het beloningsbeleid. Dit beleid mag geen incentives bevatten die ten koste gaan van een op kwaliteit gerichte cultuur en werkwijze. Er volgen nog maatregelen rond hete hangijzers als pensioenen en goodwill binnen kantoren.
Eerste deadline 1 juni
De maatregelen zijn nader uitgewerkt in stappen. Die staan per maatregel weergegeven als witte balkjes in de monitor. Wanneer mensen klikt op de home-page / monitor / selecteer Niet-OOB en klikt op een balk die afloopt op 30 juni, dan verschijnt de concrete fase die op die datum moet zijn afgerond:
- De niet-OOB accountantsorganisatie toetst aantoonbaar haar beleid inzake werving van nieuwe medewerkers aan maatregel 1.3
- De niet-OOB accountantsorganisatie rapporteert over de resultaten van de evaluatie/monitoring en de in dat verband uitgevoerde maatregelen in het compliance- of transparantieverslag.
- Het bestuur toetst aantoonbaar of het voldoet aan de vereisten van WTA en BTA.
- Bij alle nieuwe opdrachten is de opdracht aantoonbaar verleend door het hoogste relevante toezichtorgaan (ava) of bestuursorgaan cq de DGA van de te controleren organisatie.
- De accountant stemt met de rvc (of vergelijkbaar toezichthoudend orgaan, dan wel aan bestuur/directie) het werkprogramma af dat hij uitvoert ten aanzien van die risico’s en rapporteert specifiek over de door hem uitgevoerde werkzaamheden.
- Indien de informatie niet juist is plaatst de accountant een ‘opmerking’ bij de verklaring (d.w.z. beperkende verklaring en/of nadere opmerking achteraf).
Zie hiervoor ook deze link: Hoe werkt de monitor
Schaalbaarheid
De schaalbaarheid van de te nemen maatregelen moeten betekenen dat kantoren hun de maatregelen kantoorspecifiek kunnen maken door bijvoorbeeld zelf onderdelen toe te voegen. Bij gebruik van de cultuurmonitor is, zo stel Mul, ‘het mogelijk om zelf als kantoor al dan niet vragen toe te voegen. Ook zal men rekening moeten houden met de bedrijven waar geen RvC bestaat en wat dan de rol van de AvA (DGA) is.’ Ook qua rapportage is het transparantie- c.q. complianceverslag afhankelijk van in hoeverre de organisatie de maatregelen en in welke vorm heeft doorgevoerd. Opdrachten, schaalgrootte en structuur kunnen hier van invloed op zijn.’
Aan de bak
Inmiddels nemen nu – na één week -inmiddels 3% deel aan de monitor – het programma is deze week van start gegaan – en ligt er om die reden nu nog geen enkel kantoor op schema. Deze kantoren moeten dus in de eerste helft van dit jaar aan de bak.
Geef een reactie