In het besluit van 19 februari 2016, nr. BLKB 2016/208M is een goedkeuring opgenomen om, vooruitlopend op wetgeving, met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2015 een vrijstelling van afvalstoffenbelasting toe te passen voor zuiveringsslib dat wordt afgegeven ter verbranding.
De Wet belastingen op milieugrondslag wordt op grond van het Belastingplan 2015 gewijzigd, waarbij het begrip “zuiveringsslib” wordt gedefinieerd en een vrijstelling van afvalstoffenbelasting voor de afgifte ter verbranding van zuiveringsslib wordt opgenomen. Deze bepalingen zijn echter nog niet in werking getreden in afwachting van de uitkomst van een prenotificatieprocedure.
Geen staatssteun
Het Directoraat-Generaal Concurrentie van de Europese Commissie heeft inmiddels geoordeeld dat geen sprake lijkt te zijn van staatssteun, omdat de vrijstelling past binnen de aard en opzet van de afvalstoffenbelasting. Een notificatieprocedure is daarmee niet meer aan de orde. Dit betekent dat de vrijstelling in werking kan treden. Vooruitlopend op het daarvoor benodigde Koninklijke Besluit wordt door dit beleidsbesluit de vrijstelling al geëffectueerd.
Voorwaarde
Uit de administratie van de belastingplichtige moet blijken welke hoeveelheid afvalstoffen die in het tijdvak van aangifte ter verwijdering aan de inrichting is afgegeven, bestaat uit zuiveringsslib dat bestemd is binnen de inrichting verbrand te worden. De verbranding moet uiterlijk drie jaar na de afgifte aan de inrichting hebben plaatsgevonden.
Voor zover de afvalstoffenbelasting al is voldaan, wordt zij op verzoek ambtshalve teruggegeven.
Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2015. Het besluit vervalt op het moment dat artikel 29a van de Wet belastingen op milieugrondslag in werking treedt.
Geef een reactie