Een man was naar de rechter gestapt omdat hij niet via de inkomstenbelasting wil bijdragen aan de subsidiëring van winning, productie, stimulering en gebruik van fossiele brandstoffen. Dat leidt volgens hem tot levensbedreigende klimaat- en milieuproblemen en dat is in strijd zijn met het recht om te leven, het recht op een privé- en gezinsleven en het eigendomsrecht, die worden beschermd in het Europese mensenrechtenverdrag. De fiscus stelt daartegenover dat de betaling van belasting losstaat van de besteding van het belastinggeld.
De rechtbank pakt er eerdere uitspraken van de Hoge Raad bij en daarin is bepaald dat bezwaren van belastingplichtigen tegen de besteding van overheidsgelden voor defensie of militaire doeleinden niet konden leiden tot een vermindering van de belastingaanslag. Een belastingplichtige mag niet bepalen voor welke overheidsuitgaven diegene wél of geen belasting zal betalen. “In lijn met deze uitspraken vindt de rechtbank dat de verplichting om belasting te betalen niet (gedeeltelijk) afhankelijk gesteld kan worden van het doel waarvoor de overheid de belasting gebruikt. Dat de eiser zijn overtuiging baseert op verschillende (wetenschappelijke) rapporten over klimaatverandering verandert daar niets aan.”
Ook het Europese mensenrechtenverdrag brengt daar in geen verandering: “De rechten in dat verdrag houden niet in dat belastingplichtigen mogen weigeren om belasting te betalen, ook niet op basis van de gewetensbezwaren tegen subsidiëring van fossiele brandstoffen die de eiser aanvoert.”
Geef een reactie