
Online platforms moeten onder voorwaarden uiterlijk op 31 januari inkomsten en informatie van verkopers op hun platform over het jaar 2024 rapporteren aan de Belastingdienst. De regels vloeien voort uit de DAC7-richtlijn van de Europese Unie, gebaseerd op internationale modelregels van de Oeso. “Aangezien de regels pas sinds 1 januari 2023 van kracht zijn in Nederland, veroorzaken ze vaak nog onduidelijkheid bij online platforms”, weet Bird & Bird.
Beperkt ervaring met regels
De nieuwe regels zijn in principe van toepassing op elke software, website of app die verkopers direct of indirect met kopers verbindt. “Dit is een brede definitie die potentieel een groot aantal online platforms ondervangt, waaronder marktplaatsen, veilingen, en sociale media, van groot tot klein. De onduidelijkheid ontstaat doordat online platforms gedetailleerde fiscale regelgeving moeten analyseren waar nog maar beperkt uitleg van is en beperkt ervaring mee is.”
Platforms moeten bepalen welke businessmodellen onder de definitie van ‘online platform’ vallen, of verkopers relevante activiteiten als persoonlijke diensten op hun platform verrichten, welke verkopers en activiteiten zijn uitgesloten van rapportage en of het platform op de hoogte is of redelijkerwijs kan zijn van de uitbetalingen aan verkopers. “Bovendien moeten online platforms ook informatie van verkopers verzamelen en verifiëren volgens nieuwe due diligence-procedures.”
Uitleg bijwerken
Volgens het advocatenkantoor zal de Belastingdienst voorlopig terughoudend omgaan met het opleggen van boetes aan platforms die de regels schenden. Boetes kunnen oplopen tot ruim een miljoen. Wat Bird & Bird betreft kan de overheid platforms wel een handje helpen door bestaande richtlijnen en uitleg regelmatig bij te werken met nieuwe praktijkcasussen. “Voor online platforms blijft het belangrijk om proactief te handelen: zorg ervoor dat je de regels kent, overleg binnen je sector of zoek fiscaal advies op het gebied van DAC7.”
Geef een reactie