• Nieuws
    • Accountancy
    • Fiscaal
    • Overig
  • Magazine
    • 2025, Fusies en overnames
    • 2024, AV-Top 50
    • 2024, ICT & Kengetallen
    • 2024, Fusies en Overnames
    • 2023, Lifestyle en Carrière
    • 2023, ICT en Kengetallen
    • 2023, AV-Top 50
    • 2022, Lifestyle en Carrière
    • 2022, Bedrijfsovername
    • 2022, ICT en Kengetallen
    • 2022, AV-Top 50
  • Blog
  • Podcast
    • #11 – Schijnzelfstandigheid onder zzp’ers
    • Extra – Young professionals
    • # 10 – Terugblik 2024 en vooruitblik 2025
    • #9 – Klacht- en tuchtrecht
    • #8 – Administratiekantoren
    • Extra – Tooling
    • #7 – Regeldruk in de mkb-praktijk
    • #6 – Diversiteit en inclusie
    • #5 – Fusies en overnames in de accountancysector
    • Extra – (Corona)schuldenproblematiek
    • # 4 – De mkb-accountant en duurzaamheid
    • #3 – Arbeidsmarkt voor accountants
    • #2 – De accountancyopleiding
    • #1 – Vooruitblik 2024
  • Partners
  • Opleidingen
    • AV Young Professional
    • Summercourses
  • Vacatures
    • Kantoren
  • Kennisdocs
  • Events
    • Nationale salarisdag
    • Nationaal Congres Familiebedrijven
    • AV-Padeltoernooi
  • AV-Top 50
    • AV-Top 50 | 2024
    • AV-Top 50 | 2023
    • AV-Top 50 | 2022
    • AV-Top 50 | 2021
  • Specialist
  • Over ons
  • Adverteren
  • Vrienden
  • Contact
  • Nieuwsbrief
  • AV Young Professional
  • Facebook
  • Twitter
  • LinkedIn
  • Mail
  • Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
  • Over ons
  • Adverteren
  • Vrienden
  • Contact
  • Nieuwsbrief
  • AV Young Professional
Accountancy Vanmorgen

  • Nieuws
    • Accountancy
    • Fiscaal
    • Overig
  • Magazine
    • 2025, Fusies en overnames
    • 2024, AV-Top 50
    • 2024, ICT & Kengetallen
    • 2024, Fusies en Overnames
    • 2023, Lifestyle en Carrière
    • 2023, ICT en Kengetallen
    • 2023, AV-Top 50
    • 2022, Lifestyle en Carrière
    • 2022, Bedrijfsovername
    • 2022, ICT en Kengetallen
    • 2022, AV-Top 50
  • Blog
  • Podcast
    • #11 – Schijnzelfstandigheid onder zzp’ers
    • Extra – Young professionals
    • # 10 – Terugblik 2024 en vooruitblik 2025
    • #9 – Klacht- en tuchtrecht
    • #8 – Administratiekantoren
    • Extra – Tooling
    • #7 – Regeldruk in de mkb-praktijk
    • #6 – Diversiteit en inclusie
    • #5 – Fusies en overnames in de accountancysector
    • Extra – (Corona)schuldenproblematiek
    • # 4 – De mkb-accountant en duurzaamheid
    • #3 – Arbeidsmarkt voor accountants
    • #2 – De accountancyopleiding
    • #1 – Vooruitblik 2024
  • Partners
  • Opleidingen
    • AV Young Professional
    • Summercourses
  • Vacatures
    • Kantoren
  • Kennisdocs
  • Events
    • Nationale salarisdag
    • Nationaal Congres Familiebedrijven
    • AV-Padeltoernooi
  • AV-Top 50
    • AV-Top 50 | 2024
    • AV-Top 50 | 2023
    • AV-Top 50 | 2022
    • AV-Top 50 | 2021
  • Specialist
Home » 4. Fiscale Eenheid BTW

4. Fiscale Eenheid BTW

Artikelen, Fiscaal

18 november 2015 door Accountancy Vanmorgen

4.1       Inleiding
In dit hoofdstuk staan we stil bij de voorwaarden voor een fiscale eenheid BTW, alsmede het aangaan en het verbreken ervan.

4.2       Voorwaarden fiscale eenheid
Van een fiscale eenheid BTW is er sprake als de concernvennootschappen in financieel, organisatorisch en economisch opzicht zodanig met elkaar zijn verweven dat er sprake is van een eenheid. Hierna gaan we op elk van deze elementen nader in.

4.2.1     Financiële verwevenheid
Van financiële verwevenheid is sprake als ten minste 50% van de aandelen wordt gehouden met inbegrip van de zeggenschap. Ten minste 50% is ook ten minste 50%. Interessant is het arrest van de Hoge Raad uit 2003[1], waarin werd overwogen dat een bezit van 49,9998516% van de aandelen in combinatie met een dominante positie, op basis van een reeks bepalingen, onvoldoende was. 49,9998516% is immers niet ten minste 50%.

Certificering

In de praktijk zit men niet altijd te wachten op de aan de fiscale eenheid BTW verbonden hoofdelijke aansprakelijkheid. Een fiscale eenheid BTW kan bijvoorbeeld voorkomen worden door tussen de vennootschappen een Stichting Administratiekantoor (“STAK”) te schuiven. Daar het certificaten zonder stemrecht zullen zijn, wordt dan in principe niet meer voldaan aan het vereiste van financiële verwevenheid, te weten bezit van de meerderheid van de aandelen met de daaraan verbonden zeggenschap. Echter, deze constructie gaat niet meer op wanneer er sprake kan zijn van vereenzelviging. In het arrest van de Hoge Raad van 31 januari 2014, nummer 12/0134, waarbij de STAK het stemrecht verkreeg op de aandelen en de oorspronkelijke aandeelhouder de economische rechten (winstuitdelingen) behield, heeft de Hoge Raad beslist dat er door de STAK heen gekeken moest worden, omdat het bestuur van de Stichting bestond uit dezelfde personen als het bestuur van de onderliggende vennootschappen. Op basis hiervan oordeelde de Hoge Raad dat in dat geval toch aan de financiële verwevenheidsvereiste voldaan wordt.

4.2.2     Ontwikkelingen in de financiële verwevenheid
Met de komst van de Flex B.V. en de introductie van winstrechtloze en stemrechtloze aandelen is het ook interessant nader te kijken naar de financiële verwevenheid. De bestaande jurisprudentie zegt hierover dat van belang is een aandelenbezit dat ten minste 50% van de aandelen, in de tot de fiscale eenheid gedachte vennootschappen, daaronder begrepen de zeggenschap, middellijk of onmiddellijk in dezelfde handen moeten zijn. Uit deze jurisprudentie lijkt af te leiden te zijn dat met name de zeggenschap van belang is[2]. Dan zou er dus ook sprake kunnen zijn van financiële verwevenheid in een situatie waarin geen meerderheidsbelang wordt gehouden, maar wel de meerderheid van de aan de aandelen verbonden zeggenschap. Als dit zo is, dan zou de uitgifte van stemrechtloze aandelen aan een derde, waarbij de moedermaatschappij van de fiscale eenheid blijft beschikken over de aan de gewone aandelen verbonden zeggenschap, niet tot een verbreking van de fiscale eenheid hoeven te leiden. In principe kan die derde, houder van de stemrechtloze aandelen, alle winst ontvangen. Of dit een terechte conclusie is, zal de toekomst moeten leren.

4.2.3     Organisatorische verwevenheid
Van organisatorische verwevenheid is er sprake als de onderdelen van de fiscale eenheid onder een als een eenheid functionerende leiding staan. Het gaat hierbij in eerste instantie om de samenstelling van directies. Daarnaast kan van belang zijn de samenstelling van raden van commissarissen en andere toezichthoudende personen. Ook wanneer de leiding van één van de onderdelen van de groep ondergeschikt is aan die van de ander(e), wordt gesproken van een organisatorische verwevenheid. Het gaat er dan om of de leiding van de ene ondernemer feitelijk ondergeschikt is ten opzichte van die van de andere.

4.2.4     Economische verwevenheid
Van economische verwevenheid is er sprake als de leden van de fiscale eenheid dezelfde klantenkring hebben, de leden complementaire handelingen verrichten of als een lid hoofdzakelijk handelingen verricht ten behoeve van een ander lid van de fiscale eenheid. “Hoofdzakelijk” in de BTW betekent meer dan 50%. Dit werd ook als uitgangspunt genomen bij de economische verwevenheid voor de fiscale eenheid BTW, tot aan het arrest van de Hoge Raad van 11 oktober 2013[3]. In dit arrest oordeelt de Hoge Raad dat er ook sprake kan zijn van economische verwevenheid als een vennootschap voor minder dan de helft activiteiten uitoefent ten behoeve van een andere vennootschap.

De casus

Voor een goed begrip is het goed de casus kort te schetsen. In de onderhavige zaak moest de Hoge Raad oordelen over een geval, waarbij de houdstermaatschappij alle aandelen van drie dochtermaatschappijen houdt. Zij voert tegen vergoeding het management over deze dochtermaatschappijen. De ontvangen managementvergoedingen maakt ongeveer 10% uit van de totale omzet van de houdstermaatschappij. De dochtermaatschappijen verrichten onderling prestaties tegen vergoeding, maar bij geen van de dochterondernemingen is dit meer dan 50% van hun omzet. Aan de eis van financiële en organisatorische eenheid wordt voldaan, de discussie gaat over de economische verwevenheid, daar lijkt niet aan voldaan te worden.

Het oordeel van de Hoge Raad

Echter, de Hoge Raad oordeelde dat in dit geval er toch sprake is van voldoende verwevenheid in economisch opzicht om een fiscale eenheid BTW te kunnen vormen.

De Hoge Raad onderbouwde haar oordeel als volgt. In een geval als het onderhavige, waarin een houdstermaatschappij alle aandelen bezit van één of meer vennootschappen en elk van deze vennootschappen tegen een overeengekomen vergoeding bestuurt, en voorts tussen deze vennootschappen onderling niet‑verwaarloosbare economische betrekkingen bestaan, zoals in dit geval verhuur van bedrijfsruimte en levering van goederen, is er sprake van nauwe verbondenheid in economisch opzicht. Daaraan doet volgens de Hoge Raad niet af dat de vennootschappen in meer of minder belangrijke mate goederen leveren of diensten verrichten jegens derden.

Met andere woorden: de Hoge Raad versoepelt de eis van economische verwevenheid en laat het “hoofdzakelijk”‑criterium onder voorwaarden los. De Hoge Raad geeft de volgende invulling voor economische verwevenheid: Als de economische verwevenheid wordt beoordeeld op basis van de omzet tussen de betrokken ondernemingen, dan komt de bovengenoemde grens van meer dan 50% te vervallen zulks op voorwaarde dat er tussen de betrokken ondernemingen, zoals de Hoge Raad zo mooi zegt “…onderling niet verwaarloosbare economische betrekkingen bestaan …”.

Gevolg

Het lijkt erop dat de Hoge Raad een ruimere invulling geeft aan de economische verwevenheid. Daar waar men voorheen meende dat deze verwevenheid niet voldoende was, biedt het arrest meer mogelijkheden voor de belastingplichtige. Dit geldt dan overigens niet alleen voor de belastingplichtige, maar ook voor de Belastingdienst. Immers, de Belastingdienst kan ook constateren dat er sprake is van een fiscale eenheid BTW.

Vanuit aansprakelijkheidsoogpunt kan een fiscale eenheid voor de belastingplichtigen niet altijd wenselijk zijn. Bedenk immers dat een fiscale eenheid BTW met zich meebrengt dat de leden van de fiscale eenheid BTW hoofdelijk aansprakelijk zijn voor elkaars BTW‑schulden.

4.3       Aanvang fiscale eenheid BTW

4.3.1     Aanvang geen keuze
Voor een fiscale eenheid BTW kan niet gekozen worden. Als er aan de voorwaarden wordt voldaan, dan is er een fiscale eenheid voor de BTW. Als men geen fiscale eenheid BTW wenst, dan moet ervoor gezorgd worden dat niet aan de voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden zijn cumulatief, dus als er aan één van de voorwaarden niet is voldaan dan is er geen fiscale eenheid BTW.

4.3.2     Beschikking
De Wet definieert ook de aanvang van een fiscale eenheid. Dit geschiedt door een beschikking die óf door de Inspecteur zelf op eigen initiatief of op verzoek van de belastingplichtigen, wordt afgegeven. De Inspecteur zal de beschikking zelf afgeven als hij op grond van eigen bevindingen (bijvoorbeeld na een controle) tot de conclusie komt dat bepaalde ondernemingen in financieel, organisatorisch en economisch opzicht een eenheid vormen. Als ondernemingen het met de beschikking van de Inspecteur niet eens zijn, kan daartegen een bezwaarschrift worden ingediend. De fiscale eenheid bestaat vervolgens met ingang van de eerste dag van de maand, volgend op die waarin de Inspecteur de beschikking heeft afgegeven (zie ook hierna).

4.3.3     Gevolgen beschikking
Eén van de belangrijkste gevolgen van de beschikking is dat de ondernemingen, die volgens de beschikking zijn aangewezen als fiscale eenheid, hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de door de fiscale eenheid verschuldigde omzetbelasting en dit met ingang van het tijdstip waarop die ondernemingen bij beschikking als één ondernemer zijn aangemerkt.

4.3.4     (Inperking) belang beschikking
De Hoge Raad heeft een aantal arresten gewezen op grond waarvan het belang van de beschikking (voor het constateren van een fiscale eenheid BTW) sterk verminderd is. Op basis van deze arresten kunnen belastingplichtigen zich ook zonder beschikking (later) alsnog beroepen op het bestaan van een fiscale eenheid. Dit komt omdat, zoals eerder opgemerkt, uit de wet voortvloeit dat het bestaan van een fiscale eenheid BTW geen keuze is, maar dat hij bestaat, zodra aan de voorwaarden voor zijn bestaan voldaan wordt.

We noemen de volgende 3 arresten:

Hoge Raad 22 april 2005, nummer 38.659, ECLI:NL:HR:2005:AT4477

Als één ondernemer worden aangemerkt vanaf tijdstip verwevenheid. Ondernemers, die daar belang bij hebben, kunnen volgens dit arrest als één ondernemer worden aangemerkt vanaf het tijdstip waarop zij in financieel, organisatorisch en economisch opzicht feitelijk nauw met elkaar verbonden zijn. Dit betekent dat, als aan de Inspecteur wordt verzocht voor een fiscale eenheid een beschikking af te geven, vanaf de datum waarop de fiscale eenheid tot stand is gekomen, de Inspecteur dat verzoek zal (moeten) honoreren, ook al ligt die datum in het verleden. Overigens kan evenwel ook worden gekozen voor een ingangsdatum, die is gelegen na de datum waarop de fiscale eenheid feitelijk tot stand is gekomen. Voor wat betreft de hoofdelijke aansprakelijkheid, zie hierna.

Hoge Raad 27 januari 2006, nummer 41.316, ECLI:NL:HR:2006:AV0408

Geen beschikking, later altijd beroepen op feit dat er sprake was van een fiscale eenheid. Als de Inspecteur geen beschikking heeft afgegeven, kunnen de betrokkenen zich volgens dit arrest altijd later nog beroepen op het feit dat er sprake is (geweest) van een fiscale eenheid. Dit betekent dat, als er feitelijk sprake is van verwevenheid in financieel, organisatorisch en economisch opzicht, de Inspecteur het bestaan van de fiscale eenheid voor het verleden steeds zal (moeten) erkennen, ook al heeft hij geen beschikking afgegeven.

Hoge Raad 9 juni 2006, nummer 42.426, ECLI:NL:HR:2006:AX7369

Inspecteur weigerde beschikking omdat naar zijn mening er geen fiscale eenheid BTW was. Bij later geschil/naheffing altijd nog mogelijkheid te beroepen op bestaan FE. In de gevallen, waarin de Inspecteur een verzoek van betrokkenen tot formele vaststelling van een fiscale eenheid heeft geweigerd, omdat er naar zijn mening geen sprake is van een fiscale eenheid, dan kunnen de betrokkenen volgens dit arrest in een later geschil over de naheffing van omzetbelasting zich opnieuw beroepen op het bestaan van een fiscale eenheid. Daarbij is het volgens de Hoge Raad niet van belang dat er geen bezwaar is gemaakt, of het bezwaar is afgewezen, tegen de weigering van de Inspecteur om betrokkenen als fiscale eenheid aan te merken. Blijkens de wettekst bestaat de fiscale eenheid vanaf de eerste dag van de maand, volgend op die waarin de Inspecteur de beschikking heeft afgegeven. Uit het hiervoor als eerste genoemde arrest van de Hoge Raad (van 22 april 2005, nummer 38 659) kan evenwel worden afgeleid dat een fiscale eenheid geacht moet worden te bestaan vanaf het tijdstip waarop de onderdelen van zo’n eenheid in financieel, organisatorisch en economisch opzicht nauw met elkaar verbonden zijn. Op basis van dit arrest lijkt het erop dat de betekenis van de beschikking beperkt is tot een rechtszekerheid verschaffend document. In uitspraken van lagere rechters is overigens aan de terugwerkende kracht van de fiscale eenheid wél de voorwaarde verbonden dat moet zijn gehandeld als ware men een fiscale eenheid. In de arresten van de Hoge Raad tot nu toe, is evenwel voor een dergelijke voorwaarde geen aanwijzing te vinden.

Hoofdelijke aansprakelijkheid

Een belangrijk gevolg van de fiscale eenheid BTW is dat de onderdelen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de BTW‑schulden van de fiscale eenheid. Deze hoofdelijke aansprakelijkheid vloeit voort uit Artikel 43 Invorderingswet. Dit Artikel bepaalt dat “natuurlijke personen en lichamen (…), die ingevolge Artikel 7, vierde lid, van de Wet op de omzetbelasting zijn aangemerkt als één ondernemer, zijn hoofdelijke aansprakelijk voor de omzetbelasting welke verschuldigd is door deze ondernemer, dan wel (…) door deze personen en lichamen.”

Ons inziens verwijzen de woorden “zijn aangemerkt” naar de afgegeven beschikking. Een vennootschap kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de BTW-schulden van een fiscale eenheid BTW als de Belastingdienst geen beschikking heeft afgegeven. Achtergrond is dat ondernemers, die zich niet bewust zijn van het bestaan van een fiscale eenheid, niet met de gevolgen van een hoofdelijke aansprakelijkheidsstelling zouden mogen worden geconfronteerd. Steun voor dit standpunt vinden we in een uitspraak van het Hof Amsterdam[4], dat van mening is dat de beschikking niet alleen moet zijn afgegeven, maar dat deze ook bij de onderdelen van de fiscale eenheid bekend moet zijn. Als dit niet is gebeurd, dan kunnen de onderdelen van de fiscale eenheid niet aansprakelijk gesteld worden voor de BTW‑schulden. Het Hof vindt voor dit oordeel steun in de wetsgeschiedenis van Artikel 7, lid 4 Wet Omzetbelasting 1968, waarin wordt aangegeven dat de wetgever de voorafgaande afgifte van een beschikking heeft voorgeschreven, juist vanuit het oogpunt van rechtsbescherming van de (potentieel) aansprakelijk te stellen personen en lichamen. Daarnaast geeft het Hof aan dat de Hoge Raad voor de heffing van omzetbelasting enkele arresten heeft gewezen, waaruit is af te leiden dat belastingplichtigen zich, ondanks het ontbreken van een beschikking, kunnen beroepen op het bestaan van een fiscale eenheid, vanwege hun onderlinge verwevenheid, echter dat deze arresten voor de in de Invorderingswet geregelde hoofdelijke aansprakelijkheid niet van belang zijn; de arresten zijn niet voor de Invorderingswet gewezen. Daarvoor blijft de beschikking van belang.

Gaat het initiatief voor het afgeven van een beschikking fiscale eenheid BTW uit van de Belastingdienst, dan is zij gebonden aan de in de wet opgenomen ingangsdatum; de eerste van de maand volgend op de maand waarin de beschikking is afgegeven. Vanaf dat moment begint dan ook de hoofdelijke aansprakelijkheid te lopen. Wordt de beschikking fiscale eenheid afgegeven op verzoek van belastingplichtigen en verzoeken belastingplichtigen om terugwerkende kracht, dan geldt de hoofdelijke aansprakelijkheid met ingang van de datum die in de beschikking genoemd wordt. Als dat de gehonoreerde terugwerkendekrachtdatum is, dan is dat ook de startdatum voor de hoofdelijke aansprakelijkheid. Dat is wel iets om in het oog te houden bij de afweging om al dan niet om een beschikking met terugwerkende kracht te verzoeken. In de praktijk ziet men overigens dat de Belastingdienst beschikkingen afgeeft zonder terugwerkende kracht.

Conclusie

De conclusie lijkt dan ook te zijn dat voor het bestaan van een fiscale eenheid BTW de beschikking geen vereiste is, maar voor de hoofdelijke aansprakelijkheid wel.
 

4.4       Einde fiscale eenheid BTW

4.4.1     Wanneer eindigt een fiscale eenheid BTW?
De fiscale eenheid voor de BTW eindigt als:

(i)      niet meer aan de voorwaarden voor een fiscale eenheid BTW wordt voldaan; én

(ii)     melding van de verbreking van de fiscale eenheid BTW is gedaan bij de Belastingdienst.

De melding is, uit hoofde van de hoofdelijke aansprakelijkheid, belangrijk. Deze melding vloeit ook voort uit Artikel 43 Invorderingswet. Dit Artikel bepaalt namelijk dat “natuurlijke personen en lichamen (…), die ingevolge Artikel 7, vierde lid, van de Wet op de omzetbelasting zijn aangemerkt als één ondernemer, zijn hoofdelijke aansprakelijk voor de omzetbelasting welke verschuldigd is door deze ondernemer, dan wel – indien de inspecteur niet schriftelijk ervan in kennis is gesteld dat op grond van gewijzigde omstandigheden niet langer een eenheid bestaat als is bedoeld in die bepaling – door deze personen en lichamen.” (vetgedrukte tekst door auteurs).

Het melden van het einde van de fiscale eenheid is in die zin ook wel logisch, omdat van de Belastingdienst niet verwacht kan worden ambtshalve op de hoogte te zijn van allerhande omstandigheden aan de zijde van de belastingplichtigen, die aan een fiscale eenheid een einde maken. De uitzondering is faillissement. Uit de rechtspraak valt af te leiden dat in het geval van faillissement de schriftelijke kennisgeving niet behoeft te worden gedaan, omdat de publicatie van het faillissement al een soort algemene kennisgeving van verbreking van de fiscale eenheid voor de omzetbelasting is. Dit kan ook zijn, omdat faillissement onomstotelijk vaststaat en omdat het feit van het faillissement onverwijld wordt gepubliceerd, onder meer in de Staatscourant. Deze berichten plegen de Belastingdienst ook niet te ontgaan. Een redelijke uitleg van de hiervoor vet gearceerde tussenzin van Artikel 43 Invorderingswet brengt dan met zich mee dat aan de eis van schriftelijk in kennisstelling ook is voldaan door de publicatie van het faillissement.

4.4.2     Melding noodzakelijk?
Een melding van verbreking van de fiscale eenheid BTW aan de Belastingdienst is noodzakelijk voor het laten eindigen van de hoofdelijke aansprakelijkheid. Zolang deze melding niet is gedaan, loopt deze hoofdelijke aansprakelijkheid gewoon door, ook al wordt aan de voorwaarden van de fiscale eenheid BTW niet langer meer voldaan. Dit blijkt uit een arrest van de Hoge Raad[5]. In dit arrest overweegt de Hoge Raad dat het op de voet van Artikel 7, lid 4 Wet Omzetbelasting 1968 bij beschikking aangemerkt zijn als één ondernemer een noodzakelijke en toereikende voorwaarde vormt voor hoofdelijke aansprakelijkheid van de betrokken personen en lichamen. De Hoge Raad overweegt verder dat de betekenis van zo’n beschikking is gelegen in de rechtszekerheid. De aan het bestaan van een beschikking gekoppelde hoofdelijke aansprakelijkheid bestaat echter ook gedurende de periode dat vanwege gewijzigde omstandigheden niet langer wordt voldaan aan de materiële voorwaarden voor het bestaan van een fiscale eenheid. De hoofdelijke aansprakelijkheid blijft bestaan, totdat de Inspecteur van het niet langer bestaan van de fiscale eenheid in kennis is gesteld. De Hoge Raad geeft verder aan dat dit ook geldt wanneer nimmer aan de materiële voorwaarden voor het aanmerken van de betrokken personen en lichamen als een fiscale eenheid werd voldaan. Overigens komt aan een melding verbreking fiscale eenheid BTW, terwijl nog wél aan de voorwaarden wordt voldaan, geen betekenis toe. Dit heeft de Hoge Raad bepaald in een arrest uit 1998[6].

4.5       Aangiften doen
4.5.1     Aangifte en BTW‑nummers
Het aangemerkt worden als fiscale eenheid BTW heeft gevolgen voor het doen van aangiften en de BTW‑nummers, die in dat geval zoal nog van toepassing zijn. Zoals we in het voorgaande hebben gezien, is er sprake van een nieuwe ondernemer als meerdere ondernemers samen een fiscale eenheid BTW vormen. Een fiscale eenheid BTW krijgt dan ook een nieuw BTW‑nummer. De verschillende leden van een fiscale eenheid houden wel hun eigen BTW‑nummer. Dit eigen BTW‑nummer is ook het BTW‑nummer dat op de facturen van de betreffende onderneming moet worden vermeld. Dit wordt dus niet het BTW‑nummer van de fiscale eenheid BTW. Het eigen BTW‑nummer van de onderneming wordt ook gebruikt bij intracommunautaire transacties (levering en diensten) verricht aan en van ondernemers in andere EU‑lidstaten.  

De fiscale eenheid BTW verzorgt de BTW‑aangifte onder het nieuwe aan de fiscale eenheid BTW uitgereikte BTW‑nummer voor alle ondernemingen, die tot de fiscale eenheid BTW behoren. Het is echter ook mogelijk dat een onderneming, die tot een fiscale eenheid BTW behoort, zelfstandig aangifte doet. Hiervoor krijgt deze onderneming dan het (nieuwe) BTW‑nummer van de fiscale eenheid met een ander subnummer, bijvoorbeeld B.02, waaronder hij dan de BTW‑aangifte doet.

4.6       Naheffing bij fiscale eenheid BTW
4.6.1     Naheffing
De Belastingdienst kan een naheffingsaanslag opleggen als BTW, die op aangifte behoort te worden voldaan, geheel of gedeeltelijk niet is betaald. Met geheel of gedeeltelijk niet betaald zijn, wordt gelijkgesteld het geval waarin, naar aanleiding van een verzoek van de belastingplichtige, ten onrechte of tot een te hoog bedrag, vrijstelling of vermindering van inhouding van BTW, of van teruggaaf van BTW is verleend.

4.6.2     Tenaamstelling naheffing
Als er sprake is van een fiscale eenheid BTW moet de naheffingsaanslag ten name van die fiscale eenheid worden opgelegd. Aanslagen met een onjuiste tenaamstelling kunnen worden vernietigd. De Belastingdienst kan alleen een nieuwe naheffingsaanslag opleggen met de juiste tenaamstelling als de aanslagtermijn nog niet is verlopen.

 

[1] Hoge Raad 14 februari 2003, nr. 38.238
[2] Hoge Raad 14 februari 2003, nr. 38238, V-N 2003/12.17. In dit arrest geeft de Hoge Raad aan dat voor verwevenheid in financieel opzicht vereist is dat de ene vennootschap de meerderheid van de aandelen, met daaraan verbonden de meerderheid van de zeggenschapsrechten, in de andere vennootschap in handen heeft.
[3] Hoge Raad 11 oktober 2013, nr. 11/05105, ECLI:NL:HR:2013:837
[4] Hof Amsterdam 25 september 2014, nr. 13/00366, ECLI:NL:GHAMS:2014:4724
[5] Hoge Raad 9 november 2012, nr. 11/03524, ECLI:NL:HR:2012:BU7276
[6] Hoge Raad 26 augustus 1998, nr. 33802, ECLI:NL:HR:1998:AA2558

Categorie: Artikelen, Fiscaal Tags: BTW, fiscale eenheid

Tags: BTW, fiscale eenheid

Gerelateerde artikelen

24 juni 2025

Holding kan geen aanspraak maken op vrijstelling kwijtscheldingswinst

17 juni 2025

Ontbreken financiële verwevenheid verhindert btw-aftrek bij startup

27 mei 2025

Huisarts als uitzender: proefproject dreigt te stranden op btw-plicht

26 mei 2025

Btw-tarief op cultuur, sport en media blijft 9%

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Kennispartner

Einde kabinet – hoe gaat het verder met de landbouwvrijstelling?

Partnercarrousel

Wanbetaling brengt Nederlandse mkb’ers in financiële problemen
AI voor mkb-accountants: pas op voor middelmaat
AFAS Software maakt in 2025 overstap naar volledig elektrisch wagenpark  
Meegroeien met een mkb-ondernemer is minder spannend dan je denkt
Werkdruk omlaag – efficiëntie én innovatie omhoog!
Zo stel je eenvoudig en gestructureerd de jaarrekening op vanuit een administratie
AV-Top 50 | AI in de accountancy: een nieuwe samenwerking
De route naar een datagedreven kantoor
De drie beste declaratieapps voor je zakelijke uitgaven in 2025
Uiteindelijk belanghebbende Wwft: wat je moet weten over de UBO-verplichtingen
Koppel Zenvoices nu met Microsoft Dynamics 365 Business Central
Van nationaliteit naar fiscale valkuil: wat doe je als je klant ook Amerikaan is?
Ondersteun je klanten beter, sneller en met minder handmatig werk.
Zo geef je goed advies over aangiften van erf-en schenkbelasting
Zo zorg je voor een goede integratie van remoteteams
DAC7 in de praktijk: wat middelgrote platforms moeten weten in 2025
Consolideren met wederzijds belang
Hoe kies je de beste urenregistratie-software voor jouw accountantskantoor?
Accountants en bedrijfswaardering: je bent een onmisbare schakel
XLReporting breidt uit naar grootzakelijke markt
Waarom accountants liever anoniem werkgevers verkennen
De rol van de accountant in het verkoopvoorbereidingsproces
Uren schrijven geen tijdrovende klus meer: hoe De Hooge Waerder uren terugwon met ClockAssist
Boekhoudlandschap sterk gefragmenteerd, softwarekampioen ontbreekt (nog) in Europa
Van cijfers naar strategie met software
AI, deepfakes en digitale identiteit: waarom betrouwbare verificatie belangrijker is dan ooit
Waarom jouw accountantskantoor over moet op bellen met Microsoft Teams
Hoe speel je in op de kritische klant van 2025?
Doe jij ook mee aan het AV-padeltoernooi op 26 juni?
Wat betekent het einde van het Logius Portaal voor het deponeren van je jaarrekening? 
Vijf tips voor het efficiënt beheren van klantdossiers 
De mens is “nooit” de oorzaak van een datalek 
Fusies en overnames in de accountancysector: wat betekent dit voor jou als accountant?
Zo maakt Joanknecht gebruik van SharePoint als DMS
ICT & Kengetallen | Bouwstenen om de adviesrol op en uit te bouwen
Bjorn Lunden introduceert PSD2-bankkoppeling voor ondernemers en accountants
Banvo kiest voor Qwoater: “Standaardisatie is de sleutel tot succesvolle digitalisering”
ICT & Kengetallen | “Accountantskantoren kunnen veel sneller factureren”
Wwft-compliance in 2025: waarom handmatig werken niet meer voldoet
Fiscale voorjaarsstorm op komst, ben jij voorbereid?
Meer tijd voor medewerkers door digitalisering dankzij HR workflows
Sportlink en AFAS bundelen kracht en kennis om sportclubs financieel fit te maken
Hoe financier je werkkapitaal voor een onderneming?
Meer financiële ruimte? De energiebon als slimme oplossing
Het ‘zo-goed-als-zeker’-criterium van de Hoge Raad
Bouw een sterk accountancyteam en stimuleer teamontwikkeling
Jaarrekening onder druk? Zo maak je het proces foutloos en beheersbaar met slimme software
Loonontwikkelingen in 2024: zowel kansen als bedreigingen voor ondernemers
Werkgeverslasten berekenen: vijf vragen beantwoord     
ICT & Kengetallen | Snel, betrouwbaar en veilig op de plek van bestemming
Een netwerk vol kennisen ervaring
AV-Top 50 | Gratis opleiding belangrijk wapen in strijd tegen personeelstekort
Als de zzp’er toch een werknemer is: herkwalificatie
Inhuur van VOF (vennoten) te beschouwen als zzp’ers of werknemers?
Waarom kennis van arbeidsrecht belangrijk is voor adviseurs

Vacatures

Teamleider Accountancy – Culemborg
aaff
Accountant met partnerambitie
Schipper Accountants
Adviseur Vakspecialist Accountancy
Schipper Accountants
Adviseur Agro
Schipper Accountants
Teamleider Accountancy – Arnhem
aaff
Vacature Assistent accountant Barchem
Westerveld en Vossers
Adviseur Accountancy Agri & Food – Raamsdonksveer
aaff
Financieel administratief medewerker
Scab
Adviseur accountancy Agri & Food – Zwolle
aaff
Relatiebeheerder  
Scab
Gevorderd assistent accountant Audit
BonsenReuling
Assistent Accountant
Schipper Accountants
Gevorderd Assistent Accountant Samenstelpraktijk
Kaap Hoorn
Finance Consultant
a.s Works
Gevorderd assistent Accountant – Controlepraktijk
PIA Group
Accountant mkb- Gorinchem
aaff
Assistent accountant Agri & Food – Raamsdonksveer
aaff
Accountant AA
Hendriksen Accountants en Adviseurs
Beginnend assistent accountant – Elst
BonsenReuling
zelfstandig assistent accountant samenstelpraktijk
Scab
Ervaren Assistent Accountant- Gouda
WEA
Senior Assistent Audit
Confirm Audit & Assurance
Beginnend Assistent Accountant Audit & Assurance
PIA Group
Zelfstandig Assistent Accountant
Hendriksen
Assistent accountant mkb- Zelhem
aaff
Controleleider
PIA Group
Adviseur mkb / Accountant
KRC Van Elderen
Controleleider / Accountant Auditpraktijk
PIA Group
Zelfstandig Assistent Accountant Samenstelpraktijk
PIA Group
Assistent Accountant gevorderd AA Zwijndrecht
PIA
Assistent Accountant Controlepraktijk (Audit) Gouda
WEA Gouda
Teamleider Accountancy  – Dronten
aaff
Vacature Relatiebeheerder Barchem
Westerveld en Vossers
Beginnend assistent accountant Audit
BonsenReuling
Zelfstandig Assistent Accountant Samenstel
Steens & Partners Accountants en Adviseurs
Accountant RA
PIA Group
Finance & Business Development Analyst
PIA Group
Agro Accountant
Schipper Accountants
Beginnend assistent accountant – Lichtenvoorde
BonsenReuling
Assistent accountant controlepraktijk
Scab
Senior Assistent Accountant
Schipper Accountants
Gevorderd Assistent Accountant Auditpraktijk
PIA Group
Accountant Agri & Food- Gorinchem
aaff
Junior Adviseur mkb
KRC van Elderen
Adviseur accountancy Agri & Food – Hoogeveen
aaff
Abonneer nieuwsbrief AV

Meest gelezen

  • Miljonair Barry Hay luncht voor 14,25 82.1k weergaven

  • De Wet toekomst pensioenen: eerste afdronk is goed 9.3k weergaven

  • ‘Pensioenstrijd’ voor de tuchtrechter: accountant KPMG aangeklaagd 5.6k weergaven

  • Keuze voor fiscaal partnerschap na overlijden echtgenoot niet te herzien 4.6k weergaven

  • Belastinginspecteurs vaak nalatig bij vaststellen schuld belastingfouten 4k weergaven

Vraag en aanbod

Ter overname gezocht: administratiekantoren in heel Nederland
Mbi-kandidaten en/of accountantskantoor gezocht in Zeeland
Samenwerking aangeboden voor wettelijke controles
Mbi-kandidaat gezocht voor accountantskantoor uit Twente
Administratiekantoor regio Hendrik Ido Ambacht ter overname gezocht
Ter overname/aansluiting gezocht: accountants-, belastingadvies- en administratiekantoor in de regio Kennemerland
Mbi-kandidaat voor administratiekantoor in Zeewolde gezocht
Ter overname of fusie gezocht: accountants- of belastingadvieskantoor Noordoost-Brabant
Ter overname aangeboden: administratiekantoor in de regio Doetinchem
Administratiekantoor ter overname gezocht
Mbi-kandidaat voor administratiekantoor regio Den Haag gezocht
Mbi-kandidaat gezocht voor accountantskantoor uit de regio Eindhoven
Mbi-kandidaat gezocht voor accountantskantoor in medische sector
Ter overname aangeboden: Accountantskantoor in de kop van Noord-Holland
Ter overname aangeboden: administratiekantoor in Overijssel met sectorspecialisatie
Samenwerking gezocht/aangeboden door audit-onlykantoor
Mbi-kandidaat voor administratiekantoor in Rotterdam gezocht
Ter overname gezocht: accountants- of administratiekantoor regio Rotterdam

Accountancy Vanmorgen (AV) is het platform voor accountants en iedereen die geïnteresseerd is in nieuws, trends, ontwikkelingen, achtergronden en wetenswaardigheden in en rond accountancy en ondernemerschap.

Accountancy Vanmorgen is een uitgave van MOCuitgevers.

 

Categorie

  • Nieuws
  • Blog
  • Partners
  • Opleidingen
  • Vacatures
  • AV-events

Info

  • Over ons
  • Adverteren
  • Vrienden
  • Contact
  • Shop
  • Algemene voorwaarden MOCuitgevers Vanmorgen
  • Annuleringsvoorwaarden
  • Privacybeleid
  • Facebook
  • Twitter
  • LinkedIn
  • Mail
Cookies
Om u beter van dienst te kunnen zijn, maakt Accountancy Vanmorgen gebruik van cookies. Klik op instellingen om de cookie instellingen te wijzigen.
  • Ik ga akkoord
  • Instellingen
  • Functionele cookies zijn noodzakelijk voor de werking van deze website.
  • We gebruiken Google Analytics, netjes geanonimiseerd.
  • We gebruiken de marketing cookies om gepersonaliseerde advertenties te tonen.
  • Annuleren
  • Ik ga akkoord

Instellingen