Het versturen van een organogram van een voormalige klant aan een vastgoedbedrijf dat een conflict had met die ex-klant, is een RA bij de Accountantskamer op een waarschuwing komen te staan.
Een holding en een vastgoedonderneming sluiten in 2015 een overeenkomst voor een leningstructuur voor meerdere projecten. Het vastgoedbedrijf levert voor de te verwachten exploitatie een rekenmodel en een conceptprospectus aan, die door de RA in opdracht van de holding worden bekeken. Dat levert vragen op, maar die worden niet beantwoord. De RA laat in 2017 aan de holding weten dat zij haar werkzaamheden opschort totdat zij een inhoudelijke reactie krijgt.
Geschil
In dat jaar komt de samenwerking tussen het accountantskantoor en de holding tot een einde. Er staat nog voor € 30.000 aan facturen open, maar die worden niet betaald. Datzelfde jaar ontstaat er een geschil tussen het vastgoedbedrijf en de holding, nadat de laatste besluit een project af te blazen. Het vastgoedbedrijf denkt dat de holding dat heeft gedaan om gunstiger afspraken af te dwingen.
Organogram gebruikt in procedure
Er ontstaat contact tussen het vastgoedbedrijf en de RA. Die stuurt onder meer een organogram van de vennootschapsstructuur waarvan de holding deel uitmaakt. In oktober 2017 meldt de RA aan het vastgoedbedrijf dat zij met de holding een akkoord heeft bereikt en dat de prospectus alsnog wordt bekeken. Maar de conclusie luidt dat de te verwachten exploitatie van de projecten negatief zal zijn.
Een maand later begint de eigenaar van het vastgoedbedrijf via een andere vennootschap een civiele procedure tegen de holding en de bestuurder. Die geven aan dat de RA als getuige verklaringen kan afleggen over het rekenmodel en de exploitatieprognose.
Schending geheimhoudingsplicht?
De eigenaar van het vastgoedbedrijf stapt naar de Accountantskamer. De RA heeft eerst tegenover hem haar steun uitgesproken en later verklaard dat de exploitatie van de projecten niet uit kan: dat is niet integer en niet professioneel handelen. Bovendien heeft zij vertrouwelijke informatie van de holding verstrekt: dat is schending van de geheimhoudingsplicht.
Handelen was professioneel
De eerste klacht wordt ongegrond verklaard. Dat de RA de eigenaar van het vastgoedbedrijf heeft geadviseerd vast te houden aan zijn koers in het geschil met de holding, wil nog niet zeggen dat zij heeft gehandeld in strijd met de fundamentele beginselen van integriteit en professionaliteit door later te concluderen dat de exploitatie financieel niet haalbaar is. Volgens de RA was de prospectus gewijzigd toen zij haar oordeel uitsprak en bovendien heeft zij zich eerder niet expliciet akkoord verklaard met een eerdere versie van het prospectus.
RA wist van plannen vastgoedbedrijf
Het tweede deel van de klacht wordt wel gegrond verklaard. Het organogram dat zij stuurde bevat gegevens waarvan zij het vertrouwelijke karakter kende of redelijkerwijs behoorde te vermoeden, aldus de Accountantskamer. ‘Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat het organogram een van [de holding] afkomstig stuk is. Wat erin staat over de verhouding tussen een groot aantal vennootschappen, is geen informatie waarover eenieder door raadpleging van het handelsregister kan beschikken.’ Met het versturen ervan heeft de RA gehandeld in strijd met het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid. Bovendien blijkt uit WhatsApp-teksten dat de RA duidelijk begreep dat het organogram zou worden gebruikt in een geschil. “Deze context maakt de schending van de door betrokkene in acht te nemen vertrouwelijkheid des te ernstiger.”
De Accountantskamer legt de RA de maatregel van waarschuwing op.
Geef een reactie