
Nu de kans groot is dat de PVV in de volgende regering komt, duikt Accountancy Vanmorgen in de standpunten van deze partij over accountancy. Heel veel levert die zoektocht niet op, maar duidelijk is dat de PVV weinig vertrouwen heeft in de sector en vindt dat veranderingen veel te traag gaan.
Als eerste keek deze website naar de vaste kamercommissie voor Financiën. Daarin werd de afgelopen jaren meerdere malen gesproken over de toekomst van de accountancysector in Nederland. Bij deze overleggen schitterde de PVV door afwezigheid, onder meer 23 april jl toen de evaluatie van de Wet toezicht accountantsorganisatie op de agenda stond. Ook op andere momenten dat het over accountancy ging liet de partij van Geert Wilders verstek gaan. De laatste bijdrage van een PVV-kamerlid in deze commissie dateert van exact twaalf jaar geleden. Op 22 november 2011 liet toenmalig PVV’er Roland van Vliet (die in 2014 uit de PVV stapte) veelvuldig van zich horen. Hij trok toen, vooral op basis van eigen ervaringen, de onafhankelijkheid van accountant in twijfel.
Debatten
Bij plenaire debatten in de Tweede Kamer sprak de PVV zich de afgelopen jaren weinig uit over de accountancysector. Standpunten van de partijen moeten worden afgeleid uit het stemgedrag. Afgelopen april steunde de PVV de (aangenomen) motie om snel tot een verplichte ‘verklaring omtrent risicobeheersing’ (VOR) voor iedere accountancycontrole bij grote bedrijven als verplichting op te nemen in de Corporate Governance Code.
Begin 2018 stemde de PVV voor een motie van SP-lid Leijten om AFM en DNB toe te staan namen openbaar te maken van bestuurders die in het kader van naleving van de Wet financieel toezicht waren onderzocht. De motie werd verworpen. Hetzelfde gebeurde met een door de PVV gesteunde motie van de PvdA. Die motie riep het kabinet op om haast te maken met de uitwerking van ‘fundamenteel andere alternatieve verdienmodellen’ en daarbij in ieder geval ook het afscheiden van de accountancytak van de fiscale en adviestak te betrekken. Volgens de motie had de sector het te lang zelf laten afwegen en moest het kabinet de impasse doorbreken.
Motie-Van Dijck
Accountancy Vanmorgen vond één PVV-motie over de accountancysector. Die werd in september 2017 ingediend door Teun van Dijck, een PVV-lid dat al sinds 2006 in de Kamer zit en bij de verkiezingen van woensdag op plek 10 stond. Op 6 september 2017 diende Van Dijck een motie in om wijzigingen in de Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties per 1 januari 2018 in werking te laten treden. Die datum was door het kabinet een half jaar verschoven, naar medio 2018. De PVV wilde echter geen uitstel aangezien ‘de accountancysector zo snel mogelijk maatregelen moet treffen om de bestaande problemen aan te pakken’. Op de eigen website publiceerde Van Dijck zijn bijdrage in het Kamerdebat, dat meer zegt over de visie van de PVV op de accountancysector:
‘Deze sector ging de afgelopen jaren door een diep dal. Getroffen door het ene schandaal na het andere zakte de sector door het ijs. Het vertrouwen in het degelijke imago van de publieke scheidsrechter verdween als sneeuw voor de zon, maar de sector beloofde beterschap. Men ging zichzelf opnieuw uitvinden, zo werd beloofd. Er kwam een verbeterplan met 53 maatregelen en er werd een Monitoring Commissie Accountancy geïnstalleerd, die de voortgang moest bewaken. Dat was drie jaar geleden. Hoe staan we er nu voor? Teleurstellend, om met de woorden van de minister te spreken.
De minister stelt terecht de vraag of de sector wel op de goede weg zit. Verdient de sector wel het vertrouwen om nog zelf verbeteringen aan te brengen? Raakt het pakket van maatregelen wel de kern van het probleem? Deze vragen stelde de minister zich in de schriftelijke beantwoording. Ik zou graag willen dat hij die vragen vandaag beantwoordt. (…) De minister zit op zijn handen en gunt de sector zelfs nog meer tijd. De PVV begrijpt deze lakse houding niet. Heeft de minister er nog vertrouwen in of laat hij deze hete aardappel voor zijn opvolger?
De MCA concludeert zelfs dat 53 maatregelen uit het verbeterplan onvoldoende bijdragen aan het oplossen van de echte problemen, de echte structurele problemen. Ze noemen ze de wicked problems, zoals het verdienmodel en het partnermodel. Hoe tackelen we het fraudevraagstuk? Hoe herstellen we het evenwicht tussen publiek belang en cliëntbelang en de spanning tussen maatschappelijke functie en winstmaximalisatie? Dat zijn allemaal vragen en allemaal problemen die onbeantwoord blijven. Voor ons is het onbegrijpelijk dat de datum van inwerkingtreding is opgeschoven naar 1 juni 2018. De PVV wil de problemen in de accountancysector zo snel mogelijk aanpakken. We moeten slecht gedrag niet belonen met een halfjaartje uitstel. Wat de PVV betreft, blijft de datum van inwerkingtreding dan ook 1 januari 2018.
Tot slot wil ik kort stilstaan bij geluiden die erop wijzen dat grote OOB-kantoren als gevolg van het strenge AFM-toezicht massaal afscheid nemen van de meest risicovolle klanten, zoals gemeentes en woningcorporaties. Kloppen deze geluiden? Wat zijn hiervan de gevaren? Hoe gaat de minister ervoor zorgen dat gemeenten en woningcorporaties straks niet zonder accountants komen te zitten? Want dan zijn we nog verder van huis…..
Nieuwe minister van Financiën?
Gaan we Teun van Dijck terugzien als de nieuwe PVV-minister van Financiën? In dat geval mogen we verwachten dat de hervorming van de accountancysector hoog op zijn prioriteitenlijst zal staan.
Geef een reactie