
De tussen partijen gesloten overeenkomst kan dan ook niet worden gezien als een arbeidsovereenkomst.
ByBlue is een groothandel die zich bezighoudt met het importeren, exporteren en verhandelen van groenten en fruit. Eind 2021 sluit de groothandel een ‘consulting agreement’ met een Belgische salesmanager voor de duur van één jaar. De overeenkomst wordt stilzwijgend verlengd. In mei 2023 wordt de salesmanager eigenaar van 5% van de aandelen van ByBlue. Na een conflict in juni 2024 beëindigt ByBlue de overeenkomst en ontslaat de salesmanager op staande voet wegens bedreiging en chantage.
Geen dringende reden voor ontslag op staande voet
De salesmanager stelt zich op het standpunt dat sprake is van een arbeidsovereenkomst. Volgens de salesmanager is het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig omdat er geen sprake is van een dringende reden en vordert een gefixeerde schadevergoeding van Byblue. Die is het niet eens met de vordering van de salesmanager en verzoekt de rechtbank Rotterdam om de salesmanager te veroordelen tot creditering van de door hem opgestelde facturen.
De rechtbank overweegt dat de Hoge Raad in haar arrest van 24 maart 2023 (ECLI:NL:HR:2023:443 Deliveroo) ten aanzien van de kwalificatievraag heeft bevestigd dat door uitleg aan de hand van de Haviltex-maatstaf moet worden vastgesteld welke rechten en verplichtingen partijen zijn overeengekomen. En dat als de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst deze als zodanig moet worden aangemerkt.
Kwalificatie arbeidsovereenkomst afhankelijk van diverse factoren
Voor de kwalificatie is naar het oordeel van de rechtbank, niet van belang of partijen de bedoeling hadden de overeenkomst al dan niet onder de wettelijke regeling van de arbeidsovereenkomst te laten vallen. De vraag of een overeenkomst als arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt hangt af van alle omstandigheden in onderling verband bezien, waarbij onder meer van belang kunnen zijn:
a: de aard en duur van de werkzaamheden
b: de wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald
c: het al dan niet bestaan van een verplichting het werk persoonlijk uit te voeren
d: de wijze waarop de beloning wordt bepaald en waarop deze wordt uitgekeerd
e: de vraag of degene die de werkzaamheden verricht daarbij commercieel risico loopt
Overeenkomst voor bepaalde tijd
Ad a: uit de overeenkomst kan worden afgeleid dat de salesmanager beschikt over expertise op het gebied van sales in de agrarische sector en hij bereid is om daarover te adviseren aan ByBlue. De salesmanager ging zich richten op de ontwikkeling van de “Berry business in Europe” en was er aldus mede op gericht om de verkoop van blauwe bessen groter te maken. Vaststaat dat de salesmanager op basis van een overeenkomst voor bepaalde tijd bij ByBlue aan de slag is gegaan. De eerste overeenkomst was voor de duur van één jaar en ook de daarna gesloten overeenkomst was eveneens voor de duur van één jaar en is stilzwijgend voortgezet.
Geen sprake van gezagsverhouding
Ad b: Tijdens de zitting voerde Byblue aan dat de salemanager niet werd aangestuurd, zelf bepaalde waar hij werkte, hij vrij was om zijn werk in te delen, zijn eigen werktijden kon bepalen en er geen sprake was van gezag. Volgens de salesmanager was er wel sprake van een gezagsverhouding omdat hij geacht werd voltijds voor ByBlue te werken en in overwegende mate op het kantoor van ByBlue. De rechtbank oordeelt dat uit het enkele feit dat de salesmanager volgens de verklaringen veel weg was en dagelijks op kantoor in Rotterdam werkte, niet kan worden afgeleid dat er sprake was van een gezagsverhouding. De salesmanager heeft naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit kan worden afgeleid dat ByBlue hem instructies gaf op welke wijze hij zijn werk moest uitvoeren.
Salesmanager liet zich niet vervangen
Ad c: Groothandel Byblue heeft onder verwijzing naar de overeenkomst gesteld dat de salesmanager zich mocht laten vervangen. Die voerde juist aan dat hij verplicht was om de werkzaamheden persoonlijk te verrichten. Naar het oordeel van de kantonrechter kan uit de overeenkomst niet worden afgeleid dat de salesmanager zich mocht laten vervangen en is over vervanging niets opgenomen. Daarbij komt dat in de praktijk de salesmanager de werkzaamheden zelf heeft uitgevoerd en zich niet heeft laten vervangen. Onvoldoende gebleken is dat ByBlue zou hebben ingestemd met een vervanger.
Manier van betaling wijst op overeenkomst van opdracht
Ad d: Op voorstel van de salesmanager zijn partijen een maandelijkse vergoeding van € 12.100,- overeengekomen en dat de salesmanager twee keer per maand een bedrag van € 6.050,- zal facturen. Daarnaast is overeengekomen dat de salesmanager zelf alle verschuldigde belasting, zoals van toepassing in België, het land waar hij woonachtig is, zal betalen. ByBlue heeft onweersproken gesteld dat zij alle facturen zonder inhouding van (loon)belastingen heeft betaald. De manier van betaling wijkt af van de gebruikelijke loonbetaling in een arbeidsrelatie en dit wijst naar het oordeel van de rechtbank duidelijk in de richting van een overeenkomst van opdracht.
Salesmanager droeg zelf commercieel risico
Ad e: Byblue heeft aangevoerd dat de salesmanager een commercieel risico loopt omdat hij als opdrachtnemer aansprakelijk is en dat hij als hij niet werkt geen aanspraak kan maken op de overeengekomen beloning. De salesmanager verklaarde tijdens de zitting dat hij als hij een dag ziek was, wel is doorbetaald. Omdat hij echter slechts een enkele keer ziek is geweest, kan hieruit niet de conclusie worden getrokken dat partijen zijn overeengekomen dat de salesmanager bij ziekte zou worden doorbetaald en aldus op dat punt geen risico liep.
Rekening houdend met alle genoemde gezichtspunten concludeert de rechtbank dat de tussen partijen gesloten overeenkomst niet kan worden aangemerkt als een arbeidsovereenkomst. Partijen hebben zich bij het opmaken van de overeenkomst en de wijze waarop zij daaraan uitvoering hebben gegeven meer gedragen als opdrachtgever en opdrachtnemer dan als werkgever en werknemer. Omdat geconcludeerd wordt dat er sprake is van een overeenkomst van opdracht kan er geen sprake zijn geweest van een arbeidsrechtelijk ontslag op staande voet, aldus het oordeel van de rechtbank.
Geef een reactie