
De Panama Papers bestaan uit een verzameling van 12 miljoen gelekte documenten van Mossack Fonseca, een juridisch dienstverlener gevestigd in Panama. Dit kantoor was jarenlang actief in het oprichten van brievenbusfirma’s in belastingparadijzen voor klanten wereldwijd, waaronder Nederlanders. Veel van deze constructies waren opgezet om vermogen buiten het zicht van belastingdiensten te houden.
Internationale onthullingen
De documenten kwamen via een anonieme klokkenluider in handen van het International Consortium of Investigative Journalists (ICIJ), dat in april 2016 samen met diverse mediapartners over de onthullingen publiceerde. In Nederland waren onder andere FD en Trouw betrokken bij het onderzoek.
Uit de gegevens bleek dat prominente figuren, waaronder vertrouwelingen van de Russische president Vladimir Poetin en bestuursleden van de wereldvoetbalbond FIFA, gebruikmaakten van geheime offshore-constructies. Ook de premiers van IJsland, Pakistan en het Verenigd Koninkrijk werden gelinkt aan schimmige financiële structuren op de Kaaimaneilanden en de Britse Maagdeneilanden.
Boetes
Naar aanleiding van de onthullingen heeft de Belastingdienst een speciaal team opgericht, genaamd Intensivering Verhuld Vermogen, dat zich richt op het opsporen van belastingontduiking door Nederlandse betrokkenen. Dit team kreeg steun van de Duitse overheid, die over de volledige dataset beschikt. Daarnaast werden informatieverzoeken verstuurd naar 25 landen in Europa, Azië en Noord-Amerika.
Opbrengsten
Deze inspanningen resulteerden tot nu toe in een opbrengst van €32,7 miljoen, een aanzienlijke stijging ten opzichte van de €14 miljoen die in 2021 werd gemeld. Van dit bedrag is €4,8 miljoen afkomstig uit 117 boetes die werden opgelegd in het kader van het onderzoek naar de Panama Papers.
Ook de latere publicaties van het ICIJ over de Paradise Papers (2017) en Pandora Papers (2021) brachten nieuwe fiscale onderzoeken op gang. Deze leverden nog eens €2,6 miljoen op, waarvan €0,6 miljoen aan boetes.
Wereldwijde impact
Volgens een inventarisatie van het ICIJ hebben belastingdiensten wereldwijd inmiddels ruim $1,3 miljard teruggevorderd. Dit bedrag ligt vermoedelijk nog hoger, aangezien de analyse slechts 23 landen omvat en grote landen als Brazilië, Argentinië, Rusland en China – waar veel betrokkenen in de gelekte data voorkomen – niet zijn meegerekend.
Lees hier het artikel.
Bron: FD
Geef een reactie