Het SRA heeft een praktijkhandreiking gepubliceerd die gebruikers van de SRA Steekproefmethode van guidance voorzien. De SRA-Steekproefmethode sluit aan op het nieuwe controlezekerheidsmodel, zoals dat in het voorjaar van 2017 is geïntroduceerd in de SRA-Praktijkhandreiking Risicoanalyse.
De SRA-Steekproefmethode is om die reden op een aantal onderdelen gewijzigd. Die wijzigingen komen eveneens tot uitdrukking in update van de Praktijkhandreiking. Die handreiking gaat over de verwijzing naar de van toepassing zijnde controlestandaarden en enkele andere bronnen; het begrippenkader van steekproeftoepassingen, voorzien van een uitleg bij de in de diverse bronnen gehanteerde terminologie; een toelichting op de SRA-Steekproefmethode. Dit is een rekenmodel dat gehanteerd kan worden bij het opzetten, uitvoeren en evalueren van gegevensgerichte steekproeven, gebaseerd op de controleaanpak zoals opgenomen in de SRA-guidance. Verder is in de praktijkhandreiking de toelichting in paragraaf 4.4.2 op ‘negatieve posten’ in de populatie uitgebreid. In paragraaf 4.2.4 is de toelichting op de eliminatie van ‘posten met specifieke kenmerken’ (posten groter dan ICG) uitgebreid.
Foutevaluatie
Er zijn tevens kleine aanpassingen in de SRA-Steekproefmethode aangebracht. De wijzigingen hebben betrekking op de foutevaluatie als sprake is van één of meer posten boven de integrale controlegrens. In de gewijzigde versie is op het steekproefblad beter zichtbaar gemaakt hoe de aansluiting tussen de te controleren populatie en de populatieparameters (populatietotaal, topstratum, inclusief posten boven de integrale controlegrens en negatieve posten in de populatie) gewaarborgd blijft. De betreffende totalen worden op basis van de gegevens in het selectieblad berekend. Als niet van het selectieblad gebruik wordt gemaakt, kunnen deze waarden handmatig worden ingevuld in het steekproefblad. Bij afwijkingen verschijnt een foutmelding. In de praktijkhandreiking is een korte toelichting opgenomen op deze wijzigingen.
Geef een reactie