Een belastingplichtige heeft het recht om vooraf te worden gehoord als de Belastingdienst hem een navorderingsaanslag IB wil opleggen. De inspecteur mag echter van zo’n horing afzien, als hij gegronde vrees voor verduistering heeft.
Dat was de mening van het gerechtshof Amsterdam terzake van het zogeheten ‘verdedigingsbeginsel’. Uitgesproken na een zaak van een DGA die een groot deel van zijn omzet buiten de boeken hield en daar geen BTW over afdroeg. Volgens de inspecteur was de winst die de zwarte omzet opleverde, aan de DGA uitgekeerd. Daarom werden hem navorderingsaanslagen opgelegd zonder vooraf zijn kant van het verhaal te horen.
FIOD
De BV verrichtte in de jaren 2004, 2005 en 2006 werkzaamheden tegen vergoeding voor een derde. Tijdens een door de Belastingdienst in 2007 en 2008 bij die derde verricht boekenonderzoek is geconstateerd dat deze derde in verband met die werkzaamheden bedragen cash betaalde aan de aandeelhouder van de BV. Vervolgens is geconstateerd dat deze bedragen niet in de administratie van de BV zijn verantwoord. Er volgde een strafrechtelijk onderzoek door de FIOD-ECD. Naar aanleiding van de bevindingen van de FIOD-ECD concludeerde de inspecteur dat de hiervoor bedoelde contant betaalde bedragen door de BV ontvangen vergoedingen zijn voor de jegens die derde verrichte werkzaamheden. Op deze grond heeft de Inspecteur aan belanghebbende direct een naheffingsaanslag opgelegd.
Managementvergoeding
Volgens Hof Amsterdam mocht de inspecteur ervan uitgaan dat de man mogelijk de inning van de belasting zou frustreren. Dit vermoeden was volgens het Hof gerechtvaardigd omdat bleek dat de man had geprobeerd zijn managementvergoeding met terugwerkende kracht te verhogen. Daarnaast had hij geld van een bankrekening, waarop geen beslag was gelegd, overgeboekt naar de rekening van een vriend. Op zijn verzoek had die vriend weer het bedrag overgemaakt naar een familielid van de DGA, die het bedrag contant opnam en uitbetaalde aan de DGA. De man ging in cassatie, maar de Hoge Raad was het eens met de uitspraak van het Hof en De verklaarde het beroep in cassatie ongegrond..
Geef een reactie