Alle accountantsopleidingen zijn meer aandacht gaan besteden aan IT. Enkele opleidingen hebben het zelfs tot speerpunt gemaakt en doen op dit vlak meer dan vereist. Ontwikkelingen op het gebied van onder meer (big) data-analyse, process mining, cyber crime en security, privacy, mobile technology, continuous monitoring, blockchain, cloud computing en robotisering zijn onderdeel geworden van het curriculum.
Dat schrijft de Commissie Eindtermen Accountantsopleiding (CEA). De commissie heeft vastgesteld dat alle acht door haar gevisiteerde opleidingen tot registeraccountant (RA) in Nederland voldoen aan de nieuwe kwaliteitseisen die sinds 2016 gelden. Het betreft de RA-opleidingen van Maastricht University, Vrije Universiteit Amsterdam, Rijksuniversiteit Groningen, Tilburg University, de Universiteit van Amsterdam, Nyenrode Business Universiteit, en de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Voorgesorteerd
Opleidingen hebben volgens de commissie tijdens de aanwijzingsprocedures ‘voorgesorteerd’ op de nieuwe ontwikkelingen in het vak. Maar vooral op het gebied van IT, waar de ontwikkelingen razendsnel gaan, zal een flinke investering van de opleidingen nodig blijven. Aan de huidige beroepsgroep wil CEA meegeven dat het ook voor deze generatie registeraccountants van belang is om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen. Wie de opleiding heeft afgerond zal daarom moeten blijven investeren in het bijblijven op de laatste ontwikkelingen van het vak. Het zou daarom goed zijn als de nieuwe opleidingseisen ook een rol gaan spelen in het nieuwe stelsel van permanente educatie dat door de NBA wordt voorbereid.
Hoogste eisen
‘Deze opleidingen hebben laten zien niet alleen vakinhoudelijk maar ook competentiegericht in te kunnen spelen op de ontwikkelingen binnen de accountancy. Registeraccountants voldoen aan de hoogste eisen en zijn uitstekend geëquipeerd voor de uitoefening van het vak’, aldus CEA, dat heeft vastgesteld dat niet alleen de basiskwaliteit van alle RA-opleidingen voldoende is gewaarborgd, maar dat de opleidingen in een aantal gevallen meer doen dan de nieuwe eindtermen vragen. ‘Dat schept vertrouwen in de toekomst en geeft de Nederlandse accountancy meer aanzien, zeker ook internationaal’ zegt de CEA.
Vertrouwen
Anders dan de voorgaande aanwijzingen in 2007 en 2011 geldt de nieuwe aanwijzing van de CEA voor onbepaalde tijd. Daaruit blijkt ‘een gefundeerd vertrouwen in de opleidingen’. CEA houdt tussentijds wel toezicht op het waarborgen van de vastgestelde kwaliteit. De mogelijkheid tot het intrekken van de aanwijzing blijft bestaan. Nieuwe eisen, nieuwe accenten In 2016 zijn de opleidingseisen aangepast om de accountantsopleidingen beter af te stemmen op de pluriforme beroepspraktijk en op de behoeften vanuit de markt aan diensten van accountants.
Beroesprofiel NBA
De nieuwe opleidingseisen, oftewel eindtermen, zijn gebaseerd op het nieuwe beroepsprofiel van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA). De nieuwe eindtermen zijn opgesteld in samenspraak met alle stakeholders, waaronder de betreffende onderwijsinstellingen. Het accent is verschoven van enkel vakinhoudelijk naar meer competentiegericht onderwijs met nieuwe vakgebieden als gedrag, ethiek en besluitvorming en strategie, leiderschap en organisatie. Voor reeds bestaande onderwerpen als IT en de maatschappelijke rol van de accountant is meer aandacht gekomen.
Integratie theorie en praktijk
Het traditionele onderwijs in de vorm van hoorcolleges en werkcolleges is verrijkt met nieuwe vormen van onderwijs en toetsing zoals: e-learning, het geven van presentaties, het schrijven van essays en het uitvoeren van (praktijk)opdrachten. Daarmee is er binnen de opleidingen meer ruimte gecreëerd voor samenwerking van de studenten en voor de integratie van theorie en praktijk. De nieuwe eindtermen bieden meer mogelijkheden tot differentiatie waardoor er voor de opleidingen meer ruimte is om zich te profileren. CEA heeft gezien dat opleidingen op verschillende gebieden ook invulling geven aan die differentiatie en profilering en juicht dat toe.
Nominale studieduur
De CEA heeft vastgesteld dat ongewenste concurrentie op nominale studieduur tussen de verschillende RA-opleidingen is gestopt. Nu is er sprake van dat enkele opleidingen het curriculum hebben verzwaard en de nominale studieduur hebben verlengd of overwegen te verlengen om het studierendement te verbeteren. De commissie juicht het toe dat de onderwijsinstellingen kritischer zijn geworden in de vormgeving van hun opleiding. CEA heeft ook vast kunnen stellen dat de kwaliteit en de kwantiteit van het docentenkorps momenteel is geborgd. Gezien de vergrijzing is het wel noodzaak dat de opleidingen investeren in het aantrekken van nieuwe hoogleraren, docenten en correctoren om de vereiste kwaliteit en ontwikkelingen in het onderwijs te kunnen blijven garanderen. Het gaat daarbij vooral om het binden van docenten met praktijkervaring aan de opleiding, maar ook om het in stand houden van het academische niveau. CEA stelt dat het noodzakelijk is om extra aandacht te geven aan de instroom van promovendi en het handhaven van voldoende hoogleraren die tevens voeling hebben met de praktijk, juist ook bij de postmaster opleidingen.
Geef een antwoord