Het totale belastingvoordeel van het doorsluizen van royalty’s via Nederlandse brievenbusfirma’s is 1,2 miljard euro. Dat is één van de bevindingen in een nieuwe publicatie van het Centraal Planbureau over Nederland als doorsluisland voor internationale investerings- en inkomensstromen (dividend, rente en royalty’s). Op basis van gegevens van bijzondere financiële instellingen (bfi’s), ook wel brievenbusfirma’s genoemd, is door het CPB onderzoek gedaan naar de geografie van de inkomensstromen. De gegevens bevatten de directe oorsprong en de directe bestemming van de stromen.
Bermuda
Daaruit blijkt onder andere dat Bermuda, met 64% van de totale stroom, de belangrijkste bestemming is voor royalty’s. De herkomstlanden zijn Ierland, Singapore en de Verenigde Staten. Voor dividenden en rentebetalingen is het geografische patroon meer divers. Het aandeel in de stromen van andere doorsluislanden, zoals Luxembourg, Ierland en Zwitserland, is aanzienlijk.
Belastingvoordeel van doorsluizen via Nederlandse brievenbusfirma
Per bfi’s (of cluster van bfi’s) bepaalt het CPB bilaterale inkomensstromen door Nederland. Deze stromen worden vervolgens gecombineerd met nationale statutaire belastingtarieven van de betrokken landen. Daarmee vinden de onderzoekers een benadering van het belastingvoordeel van het doorsluizen via een Nederlandse brievenbusfirma. Voor royalty’s is er een aanzienlijk voordeel, van ongeveer 1,2 miljard euro. Voor dividend en rente wordt er geen belastingvoordeel gevonden op de route via Nederland van het directe herkomst- naar het directe bestemmingsland.
Belastingverschillen gedeeltelijke verklaring
In de regressieanalyse controleert het CPB karakteristieken van landen. Op basis daarvan wordt geconcludeerd dat de belastingverschillen, gedeeltelijk, het geografische patroon verklaren van de door Nederland gesluisde stromen. Dit geldt zowel voor de kans dat een specifieke route wordt gebruikt (de extensieve marge) als voor de omvang van de bilaterale stroom. Bijvoorbeeld, bij een toename van het belastingverschil met 10%-punt neemt de omvang van de bilaterale rentestroom met 31% toe.
De CPB-publicatie behoort tot de eerste onderzoeken waarin bilaterale inkomensstromen als afhankelijke variabele gebruikt worden in plaats van bilaterale investeringsvoorraden, of -stromen.
Geef een reactie