De Nederlandse economie blijft boven haar capaciteitsgrenzen presteren, maar het groeitempo gaat verder omlaag. Dat blijkt uit de nieuwe halfjaarlijkse ramingen van DNB.
De groei van het bruto binnenlands product (BBP) komt in 2019 uit op 1,7%. Dat is een stuk lager dan in de twee voorgaande jaren, die 3,0% (2017) en 2,5% (2018) lieten zien. Volgend jaar krimpt de groei verder naar 1,4%. ‘Hoewel dit historisch gezien lage cijfers lijken, liggen de groeipercentages dicht bij de potentiële BBP-groei.’ De vertraging wordt veroorzaakt door de verslechterde internationale economische ontwikkelingen, waarbij de Nederlandse uitvoer minder sterk toeneemt. ‘Daarnaast normaliseert de woningmarkt, is het consumentenvertrouwen teruggevallen en leidt de krappe arbeidsmarkt tot hogere productiekosten.’ De binnenlandse (consumptieve) bestedingen zorgen voor het grootste deel van de economische groei.
Inflatie stuk hoger
De werkloosheid gaat licht omhoog van 3,4% in 2019 naar 3,6% in 2021, maar de arbeidsmarkt blijft krap. Dat draagt ook bij aan oplopende loonkosten. ‘De contractloongroei gaat naar 2,6% in 2020 en 2,8% 2021.’ Daarmee gaat ook de inflatie omhoog; dit jaar naar 2,7%, fors hoger dan de 1,6% van vorig jaar. ‘Zonder de stijging van het lage BTW-tarief en de verhoging van de energiebelasting, zou de inflatie in 2019 op 1,4% uitkomen, tegen 1,2% in 2018. De kerninflatie, exclusief energie en voeding, zal in 2019 ongeveer 1,9% bedragen en blijft ook na 2019 relatief hoog, rond 2%.’
Effect brexit ongewis
Volgens DNB zullen de strengere stikstofregels de groei van het BBP met circa 0,3%-punt beperken. Het overschot op de overheidsbegroting zal in 2021 omslaan naar een tekort van 0,2% van het BBP. Het effect van de brexit blijft ongewis. Volgens de berekeningen van DNB valt de economische groei in het meest negatieve scenario in 2020 en 2021 aanmerkelijk terug, naar gemiddeld 0,6% per jaar. In het meest positieve scenario komt de groei 0,2 procentpunt per jaar hoger uit.
Geef een reactie