Het gerechtshof Den Haag heeft vandaag uitspraak gedaan in een langslepende zaak die een groep vrachtvliegers van Martinair had aangespannen tegen KLM en de Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers (VNV). Daarbij stond de vraag centraal wanneer er sprake is van overgang van onderneming. Het hof oordeelt dat er in dit geval sprake is van overgang van onderneming van Martinair Cargo naar KLM. De vrachtvliegers zijn op 1 januari 2014 in dienst gekomen van KLM, waarmee de rechten en plichten uit hun oude arbeidsovereenkomst zijn overgegaan naar KLM.
Uitspraak: ECLI:NL:GHDHA:2021:1023
Terugverwijzing Hoge Raad
116 (huidige en voormalige) vrachtvliegers van Martinair Cargo hadden de zaak aangespannen. Volgens de vrachtvliegers zijn zij op grond van de wettelijke regeling inzake overgang van onderneming bij KLM in dienst getreden. Eerder had het hof Amsterdam geoordeeld dat er geen sprake was van overgang van onderneming (ECLI:NL:GHAMS:2018:1473), maar de Hoge Raad heeft dat oordeel vernietigd en bepaald dat het gerechtshof Den Haag de stellingen van de vrachtvliegers opnieuw moest onderzoeken (ECLI:NL:HR:2019:1858).
Overgang van onderneming
Het Haagse gerechtshof heeft de vrachtvliegers nu op dit punt gelijk gegeven. Het hof heeft bepaald dat de vrachtvliegers per 1 januari 2014 in dienst zijn gekomen bij KLM en dat de rechten en plichten uit hun arbeidsovereenkomst met Martinair naar KLM zijn overgegaan. KLM moet de vrachtvliegers alsnog een arbeidsovereenkomst aanbieden en hen laten werken.
Stapsgewijs
De overgang van onderneming heeft stapsgewijs plaatsgevonden, oordeelt het hof. Nadat KLM in 2008 een 100% belang in Martinair had verworven, heeft feitelijk een commerciële en operationele integratie van Martinair Cargo en KLM plaatsgevonden. De meeste activiteiten met betrekking tot het luchtvrachtvervoer zijn door Martinair bij KLM ondergebracht en alleen de vrachtvliegers zijn nog in dienst van Martinair. Daarnaast is Martinair sinds 2014 alleen nog een operating carrier met KLM als enige ‘klant’. KLM neemt jaarlijks een vooraf te bepalen aantal vlieguren gegarandeerd af tegen een vast tarief en KLM vergoedt vrijwel alle (overige) vlucht-gerelateerde kosten. Door dit alles ligt het economisch risico feitelijk bij KLM en is Martinair Cargo commercieel geheel afhankelijk geworden van KLM. Verder heeft KLM de feitelijke zeggenschap gekregen over de vloot van Martinair Cargo. Zij is eigenaar van 3 van de 4 vliegtuigen die voor het vrachtvervoer worden ingezet (1 reservetoestel is eigendom van Martinair). Verder bepaalt KLM hoe, waar en wanneer de vloot wordt ingezet. Daardoor is voldaan aan het vereiste dat sprake is van een overdracht van (de zeggenschap over) de vliegtuigen van Martinair naar KLM. Het is KLM die de vliegtuigen in feite exploiteert als onderdeel van haar eigen onderneming. Die overdracht wordt van wezenlijk belang geacht voor de vraag of sprake is van overgang van onderneming.
Geen senioriteit
De vrachtvliegers eisten ook een plaats op de senioriteitslijst van KLM met behoud van de opgebouwde senioriteit bij Martinair. Dat heeft het hof echter afgewezen. Het hof oordeelt dat senioriteit geen “aan anciënniteit verbonden financieel recht is” en daarom niet mee overgaat, gelet op rechtspraak hierover van het Hof van Justitie EU.
Bron: rechtspraak.nl
Geef een reactie