
Een Gelderse fruitteler huisvest sinds 2006 in de oogsttijd (september-oktober) arbeidsmigranten op het erf van zijn fruitteeltbedrijf in Buren. In de zomer van 2021 krijgt hij controle en daarbij blijkt dat er zes arbeidsmigranten op de locatie verblijven voor de duur van twee maanden. Bij een volgende controle in oktober 2022 blijken er zeven personen te verblijven, gedurende zes weken. De arbeidsmigranten staan niet op het adres van de fruitteler ingeschreven. De gemeente komt naar aanleiding van de controles in 2023 met een aanslag toeristenbelasting van ruim € 350. Maar die wil de teler niet betalen.
Verblijf gratis
Voor de rechter komt de vraag aan de orde of er sprake is van verblijf tegen een vergoeding. Zo nee, dan kan er ook geen toeristenbelasting worden geheven. De teler heeft tijdens de zitting arbeidsovereenkomsten overgelegd en verklaard dat hij de arbeidsmigranten conform de geldende CAO betaalt, net zoals hij dat doet bij andere mensen die voor hem fruit plukken. Het verblijf voor de arbeidsmigranten is gratis omdat hij erg blij is dat zij bij hem komen werken en hij anders niet aan personeel kan komen, betoogt hij.
De heffingsambtenaar wijst ter verdediging op het causaal verband tussen werk en verblijf, maar daar stelt de fruitteler tegenover dat de arbeidsmigranten ook als zij ziek zijn bij hem op het erf mogen verblijven. Zij gaan namelijk tegelijk heen en terug van en naar Polen in een bus en kunnen daarom tussendoor niet naar Polen terugkeren.
Vergoeding niet bewezen
De rechter oordeelt dat niet is bewezen dat het verblijf tegen een vergoeding in welke vorm dan ook heeft plaatsgevonden. “Aannemelijk is dat de kosten van de huisvesting van arbeidsmigranten op belanghebbende zelf drukken als onderdeel van zijn ondernemingskosten. Dat is begrijpelijk, gelet op het door belanghebbende aangevoerde personeelstekort.” Daarom worden de aanslagen vernietigd.
Geef een reactie