Een rol spelen in echtscheidingen blijft linke soep voor accountants. Zeker als niet met de vinger erbij de regels van zorgvuldigheid, vakbekwaamheid en integriteit worden nageleefd. Dat merkte een accountant die in opdracht van de ex-vrouw van een klager mededelingen deed over haar privé-uitgaven in een bepaalde periode. Zaaknummer 17/2127 Wtra AK.
De accountant maakte niet duidelijk wat hij interpreteerde als ‘kosten van de huishouding’ en wat in zijn ogen ‘uitgaven van de huishouding’ waren. Daarmee trok hij een rookgordijn op en wel op zo’n manier, dat zijn werkwijze en interpretatie voor de rechter niet duidelijk waren. Die had geen reden te twijfelen aan de juistheid van de accountantsverklaring die door de vrouw is ingediend. Maar die verklaring moest later worden herzien. De accountant had kunnen weten dat zijn stukken door de ex gebruikt zouden worden om de hoogte van de alimentatie te bepalen. Daaraan doet niet af dat, zoals de accountant vond, dat klager een en ander zélf in de procedure voor het voetlicht had kunnen brengen. Op de accountant rustte de plicht ermee op de proppen te komen.
Privéuitgaven
De accountantsmededelingen hadden betrekking op de opgave van de opdrachtgeefster van haar privéuitgaven in een bepaalde periode. Zij had hem gevraagd opheldering te geven over vier bijschrijvingen. Dat deed hij, met toevoeging van een keurig overzicht van de betreffende bijschrijvingen. Hier viel hem tuchtrechtelijk niets te verwijten, vond de Accountantskamer.
Volgens klager rekende de accountant in 2015 een bedrag van € 20.750 tot de kosten van de huishouding, terwijl dit een deel van de door opdrachtgeefster aan de notaris betaalde waarborgsom in verband met de aankoop van de echtelijke woning betrof. Het totaalbedrag van de bijschrijvingen op de bankrekening van de vrouw bleek echter niet € 124.617 maar € 165.600. De echtgenoot wees hem op de fouten. In 2017 kwam de accountant daarop met een mededeling die niet wezenlijk afweek van de eerdere mededeling uit 2015.
Standaard 4400
De accountant was van mening dat hij zijn werkzaamheden in overeenstemming met standaard 4400 heeft verricht en op grond van die werkzaamheden heeft vastgesteld dat hem niet gebleken was dat er afschrijvingen hebben plaatsgevonden die geen betrekking hadden op de kosten van de huishouding van de ex-vrouw. Zijn tweede mededeling moest de eerdere vervangen.
Inzichtelijk en toetsbaar
Afgezien van de vraag of deze standaard voor accountantsmededelingen zoals de onderhavige de aangewezen standaard is, had zijn rapportage volgens de Accountantskamer inzichtelijk en toetsbaar moeten zijn. Dit gold te meer omdat hij, naar ter zitting bleek, wist dat een wettelijke definitie van begrippen als kosten en uitgaven ontbreekt en voor meerderlei uitleg vatbaar is. Zijn handelwijze kon de waarheidsvinding belemmeren, en de vaste jurisprudentie van Accountantskamer staat dat niet toe.
Berisping
Van de Accountantskamer kreeg de accountant een tik over de vingers in de vorm van een berisping. De accountant had niet blindelings mogen vertrouwen op de door de ex-vrouw aangeleverde gegevens en toonde daarmee onvoldoende oog te hebben voor de eisen die voortvloeien uit het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Grond voor de berisping was verder dat de accountant op verzoek van klager de eerdere mededeling verduidelijkte, maar opnieuw onvoldoende acht sloeg op de hiervoor bedoelde eisen.
Geef een reactie