Een AA heeft van de Accountantskamer een waarschuwing opgelegd gekregen omdat hij een verzoek tot geruisloze omzetting van een VOF in een BV te laat heeft ingediend bij de Belastingdienst en op basis van oude gegevens van een onjuiste oudedagsreserve is uitgegaan bij de oprichting van de BV.
Overigens is de AA niet verplicht om gesprekken met klanten schriftelijk vast te leggen, oordeelt de tuchtrechter.
Een man en een vrouw runnen samen een slagerij. In 2017 willen zij hun VOF met terugwerkende kracht tot 1 januari geruisloos inbrengen in een nieuw op te richten BV. Na een gesprek met de AA wordt een voorovereenkomst getekend, maar die belandt pas na 1 oktober op het bureau van de Belastingdienst. Het verzoek wordt daarom afgewezen.
Het slagerspaar dient een tuchtklacht in: de AA heeft het verzoek tot fiscaal geruisloze omzetting niet tijdig ingediend, zonder enig overleg vervolgens een BV-structuur opgezet en bovendien de oudedagsreserve van de vrouw op basis van gegevens uit 2015 ten onrechte op ruim € 63.000 vastgesteld. De eerste klacht is snel afgehandeld: de voorovereenkomst is op het secretariaat blijven liggen, heeft de AA erkend. Daarvoor is hij vaktechnisch verantwoordelijk te houden. Die klacht is dus gegrond.
Schriftelijke vastlegging niet verplicht
Dat de AA zonder overleg keuzes heeft gemaakt over (onder meer) de BV-structuur en waardering van vermogen, acht de Accountantskamer niet aannemelijk gemaakt. ‘Dit oordeel berust niet op het uitgangspunt dat het woord van klagers minder geloof verdient dan het woord van betrokkene, maar op de omstandigheid dat voor het oordeel of een bepaalde verweten gedraging tuchtrechtelijk verwijtbaar is, eerst moet worden vastgesteld dat de in dit verband door klagers gestelde feiten voldoende aannemelijk zijn gemaakt.’ Er zijn geen stukken die dat aantonen. ‘Daarbij overweegt de Accountantskamer dat niet van betrokkene kan worden verlangd dat hij de in het kader van de opdracht gevoerde gesprekken met klager(s) steeds schriftelijk heeft vastgelegd, zodat uit het ontbreken van schriftelijke verslagen van gesprekken niet de conclusie kan worden getrokken dat geen overleg heeft plaats gevonden.’
Oudedagsreserve gebaseerd op achterhaalde gegevens
Wel wordt de AA aangerekend dat hij er bij de oprichting van de vennootschapsstructuur ten onrechte van uit is gegaan dat de vennoten allebei zouden beschikken over een fiscale oudedagreserve van ruim € 63.000, terwijl de vrouw in werkelijkheid slechts een oudedagsreserve van € 3.000 had opgebouwd. ‘Betrokkene heeft dit erkend. De juistheid van het verwijt staat derhalve vast. Dat is betrokkene ook tuchtrechtelijk aan te rekenen omdat hij zijn aanname louter gebaseerd heeft op een brief van de Belastingdienst met betrekking tot een aangifte in 2015 terwijl van hem verwacht mocht worden die informatie ten behoeve van de situatie van klagers in 2017 te onderzoeken en de informatie van de belastingdienst in zoverre te verifieren en/of de accountant die de aangifte over 2016 van klagers heeft verzorgd daarover informatie te vragen. Deze handelwijze acht de Accountantskamer niet vakbekwaam.’
Omdat de klacht deels gegrond is verklaard, legt de tuchtrechter de maatregel van waarschuwing op.
Uitspraak: 19/1208 Wtra AK
Geef een reactie