
Waar de Accountantskamer eerder nog oordeelde dat de accountant voor een maand zou worden doorgehaald uit het register, heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) die maatregel omgezet in een berisping. De accountant wordt in het hoger beroep deels in het gelijk gesteld, maar de eerder geconstateerde tekortkoming blijven in grote lijnen overeind.
Rommelige administratie en falende communicatie
De RA in kwestie, die sinds 2004 penningmeester en secretaris was van een VvE, kwam onder vuur te liggen toen twee nieuwe appartementseigenaren in 2018 vragen begonnen te stellen over de financiën van de VvE’s in hun gebouw. Het stel kwam er achter dat de bewoners-VvE niet was ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en dat de administratie van drie VvE’s door elkaar liep. Bovendien weigerde de accountant informatie te verstrekken, en was geïrriteerd dat de vragen via zijn werkmail werden gesteld.
De kopers startten juridische procedures en stelden de hoofd-VvE aansprakelijk vanwege servicekosten die te hoog zouden zijn, maar die vordering werd in 2021 door de rechter afgewezen. Hierna stapten ze naar de Accountantskamer, die in haar oordeel stelde dat de accountant ernstig tekort is geschoten in zijn functie als penningmeester. De tuchtrechter legde een maand doorhaling uit het register op, onder meer vanwege:
- Het voeren van één administratie voor drie VvE’s in plaats van gescheiden administraties.
- Misleidende communicatie over de financiële situatie van het reservefonds.
- Onjuiste inning en berekening van servicekosten.
- Het toekennen van stemrechten aan niet-gerechtigde leden.
- Het structureel niet verstrekken van informatie aan bewoners.
Hoger beroep: deels in het gelijk gesteld
De accountant ging in hoger beroep en voerde onder andere aan dat hij wel degelijk tijdig een jaarrekening had opgesteld. Het College van Beroep beoordeelde de zaak opnieuw en komt tot de volgende conclusies:
Jaarrekening tijdig opgesteld: De accountant kon met stukken alsnog aantonen dat hij binnen zes maanden na het boekjaar 2020 een financiële rapportage had opgesteld, bestaande uit een balans, een staat van baten en lasten en een toelichting. Hiermee voldoet hij aan de wettelijke verplichting. Bij de zitting van de Accountantskamer was hij niet aanwezig, maar in hoger beroep kwam de RA alsnog met financiële stukken. De hogerberoepsgrond slaagt.
Aparte spaarrekening
Geen aparte spaarrekening voor het reservefonds: De accountant stelde dat er wel degelijk een aparte spaarrekening bestond. Het College overweegt dat volgens artikel 5:126, derde lid, van het BW – voor zover van belang – in een reservefonds de bijdragen worden gedeponeerd op een afzonderlijke betaalrekening of spaarrekening ten name van de vereniging van eigenaars. Hoewel uit het overgelegde jaaroverzicht naar voren komt dat in het jaar 2021 de VvE hoofdsplitsing behalve over een (betaal)rekening ook over een spaarrekening beschikte ten name van deze VvE, is niet gebleken dat deze spaarrekening bestemd was als afzonderlijke rekening voor (uitsluitend) de bedragen van het reservefonds. Daarom is naar het oordeel van het College niet gebleken dat voldaan werd aan artikel 5:126, derde lid, van het BW. De hogerberoepsgrond slaagt niet.
Maatregelen genomen
Niet adequaat handelen na ontdekking fouten: de accountant voerde aan dat hij initiatieven had genomen om de structuur van de VvE’s te verbeteren. Maar het College oordeelt dat hij op grond van artikel 13, eerste lid, van de VGBA de regels omtrent het appartementsrecht in Boek 5 van het BW, het modelreglement en de akte van splitsing had moeten naleven, en aan de overige bestuursleden maatregelen had moeten voorstellen, dan wel zelf maatregelen had moeten nemen om de feitelijke situatie in overeenstemming te brengen met die regelgeving, met als uiterste consequentie de beëindiging van zijn functie als secretaris en penningmeester. Op de zitting bij het College heeft de accountant erkend dat deze maatregelen nog immer niet (alle) zijn genomen. Hiermee staat vast dat de RA, nadat hij geconstateerd heeft dat hij en het bestuur van de VvE in strijd handelen en hebben gehandeld met wet- en regelgeving, geen toereikende maatregel op de voet van artikel 22 van de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA) heeft getroffen. De hogerberoepsgrond slaagt niet.
Van doorhaling naar berisping
Op basis van de nieuwe beoordeling oordeelt het College dat de oorspronkelijke maatregel van doorhaling te zwaar is. Wel bevestigt het College dat de accountant in strijd heeft gehandeld met de wet- en regelgeving over appartementsrechten en dat een maatregel passend is. Omdat hij in hoger beroep meer inzicht toonde in zijn handelen en schuldbewust was, wordt de maatregel omgezet in een berisping. “Daarbij acht het College van belang dat [naam 1] – anders dan in de procedure bij de accountantskamer, waar hij niet op de zitting is verschenen – op de zitting bij het College meer duidelijkheid heeft verschaft over de achtergrond van zijn handelen en zich daarover ook schuldbewust heeft betoond.”
De zaak benadrukt opnieuw dat accountants ook bij vrijwillige nevenfuncties, zoals het penningmeesterschap van een VvE, gehouden zijn aan de gedrags- en beroepsregels van hun vak. De accountant had zijn werkzaamheden in die rol moeten uitvoeren met de zorgvuldigheid en professionaliteit die van een RA mag worden verwacht.
Geen schadevergoeding voor klagers
Tijdens de zitting vroegen de klagers nog om een schadevergoeding vanwege de lange looptijd van de procedure. Ze beriepen zich op het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), dat recht op een eerlijke en tijdige procesgang garandeert. Het College wijst dit verzoek echter af, omdat artikel 6 EVRM alleen van toepassing is op personen tegen wie een tuchtmaatregel loopt, niet op klagers.
College van Beroep voor het bedrijfsleven, ECLI:NL:CBB:2025:29
Gelijk levenslang doorhalen.
Die softe straffen listen niets op.
inderdaad gelijk levenslang royeren
Jaarlijkse kascontrole door de leden vam een VVE kan veel narigheid voorkomen..!
Zo maar wat aspecten: 1) als de VvE geen professioneel bestuur heeft, maar wat goedwillende leden, tevens appartementsrechthebbenden en gebruikers, die in het dilemma eigen belang tegenover het verenigingsbelang geen objectieve keuze kunnen maken dan blijft het net zo lang aanrommelen en verkeerde besluiten nemen tot een derde ( b.v. de bank bij een lening, voor achterstallig onderhoud of energieinvestering) de puntjes op de i gaat zetten. 2) de administratie laten doen door een niet deskundige, w.o een R.A., vraagt om problemen. Het geld dat het kost om het wel goed te doen verdient zich terug. 3) een kascontrole commissie uit de leden kent hetzelfde bezwaar als onder 2) zij hebben geen opleiding gehad in, of ook maar verstand van, controleren. Daar is de R.A. voor. Hun effect kan daarom alleen preventief zijn. Ook is op te merken dat er, net als bij alle andere verenigingen en stichtingen, geen of nauwelijks bestuurders zijn te vinden die in een VvE bestuur willen zitten. Als ze dat al mogen.