Aan een AA die vorig jaar een boete heeft gekregen, is door de Accountantskamer een tijdelijke doorhaling voor een maand opgelegd. De boete is niet betaald en bovendien heeft de AA niet gereageerd op verzoeken tot betaling.
De AA heeft in augustus een geldboete van € 1.000 opgelegd gekregen omdat hij niet aan zijn PE-verplichtingen heeft voldaan. Maar de boete is – ook na een tweede verzoek – niet betaald. De AA heeft niets van zich laten horen. “De Accountantskamer gaat er daarom van uit dat betrokkene geen rechtvaardiging had voor het achterwege laten van de betaling van de aan hem opgelegde boete. Deze nalatigheid levert strijd op met de wet en met het belang van een goede uitoefening van het accountantsberoep.”
Herhaaldelijk gewaarschuwd
De Kamer legt de AA daarom een tijdelijke doorhaling op voor de duur van een maand. “De Accountantskamer heeft bij dit oordeel rekening gehouden met de hoogte van de niet betaalde boete, met de omstandigheid dat betrokkene herhaaldelijk is gewaarschuwd voor eventuele ambtshalve toepassing van het bepaalde in het vierde lid van artikel 5 Wtra en met het gegeven dat van betrokkene in dat verband geen reactie is ontvangen.”
Geef een antwoord