‘Gaat u daar maar zitten,’ zei de rechercheur tegen Daan. ‘Er komt zo meteen iemand langs om u gereed te maken voor uw cel.’
‘Cel? Wat heb ik verkeerd gedaan?’ Daan voelde zijn mond droog worden. ‘Heeft u een beker water voor mij?’
‘Nee, die mogen wij u niet geven.’
‘Waarom ben ik hier eigenlijk?’ Wat knipperden die tl-balken. Daan kneep zijn ogen dicht.
‘Yourki Bouw,’ reageerde de rechercheur. ‘U weet er meer vanaf dan u wilt toegeven. Meewerken aan fraude is strafbaar.’
‘Kunt u die lichten niet even maken?’
‘Wij denken dat een nachtje in de cel uw geheugen weer zal opfrissen.’
‘Maar ik weet van niets.’
‘Waar ben ik in vredesnaam beland?’ denkt Daan. Ze hadden hem vannacht van zijn bed gelicht. Met zwaailichten aan hadden ze hem afgevoerd. De hele buurt had door het raam gekeken.
‘Morgen doen we de ondervraging.’
Nu lag hij op zijn brits. Hij kon geen kant op. Keek naar het raampje. Daar zaten tralies voor. Die route hoefde hij niet te proberen. Hij dacht na. Wat wist hij van Yourki Bouw? Helemaal niets. Dat was een klant van Schuimstra geweest.
‘Je weet het wel,’ zei Schuimstra. ‘Ik heb je alles verteld en je hebt zelf gezegd dat het geen problemen zou opleveren. Later kon Yourki Bouw alles weer rechttrekken, zei je.’
‘Ik heb niets gedaan. Doe open!’ schreeuwde Daan.
Waar kwam die Schuimstra eigenlijk vandaan? Die was toch dood? Hoe kwam hij in zijn cel?
‘Doe open!’ Hij voelde een hand om zijn nek. Gingen ze hem hier in de gevangenis om het leven brengen? ‘Help! Help!’
Plotseling was er een lichtflits. Hij hoorde het gerommel van onweer.
‘Wat is er? Je bent zo onrustig. Je schreeuwt in je slaap. Was je aan het dromen?’
Daan deed het licht aan. ‘Ik droomde. Ik zat in de gevangenis en Schuimstra probeerde mij iets in de schoenen te schuiven.’
Daan zijn vrouw lachte. ‘Je ligt bij mij in bed en Schuimstra kan je nooit meer dwarszitten. Die is dood.’
‘Nou, het was echt een hele nare droom. Ik dacht echt dat ik het nooit meer zou kunnen navertellen. Ik ga even een glaasje water drinken.’
Een paar minuten later lag Daan weer in zijn bed. Hij deed het nachtlampje uit en telde de seconden tussen de flitsen en de klap. Hoorde die droom bij het verwerken van zijn omgang met Schuimstra? Het gesprek met de belastingambtenaren was best positief geëindigd. Ze hadden opgemerkt dat ze verder onderzoek gingen doen, maar dat ze vooralsnog van de goede trouw van Daan uitgingen. Opnieuw had Daan zijn goede wil getoond. Maar Volkersma had opgemerkt dat hij daar niet zoveel aan had. ‘Het gaat ons er juist om wat de heer Schuimstra nu wel of niet wist.’
Een half uur later sliep Daan weer.
*****
Marco slenterde door zijn magazijn. Een lege doos die in weg lag kreeg een schop. Hij voelde zich onzeker. Viel hem iets op? Waren er zaken anders dan anders? Hij scheurde een doos open en inspecteerde de fiets. Kneep in de remmen. Die leken het te doen. Op dat moment besefte hij ook dat je met de fiets moest rijden om dat vast te kunnen stellen. Hij haalde de fiets uit het plastic, liep met de fiets aan zijn hand door het magazijn en kneep nog eens in de rem. Zo te voelen werkte die. Hij bedacht zich dat ook dit nog geen zekerheid gaf, want zou de rem ook werken als iemand er met hoge snelheid op fietste? Maar ja, moest hij dan alle dozen openmaken en met alle fietsen snelheid maken om te controleren of de remmen werkten? Dat was niet te doen. Daar kwam nog bij dat de meeste fietsen niet eens in zijn magazijn terecht kwamen. De meesten kwamen in containers in de Rotterdamse haven aan, vanwaar ze rechtstreeks aan bouw- en supermarkten werden geleverd. Aan de andere kant was het misschien wel botte pech voor Christa, die valpartij. Misschien had ze wel te laat geremd en was dat de oorzaak van de valpartij geweest. Hij bedacht zich dat hij nog geen andere klachten had gehoord over falende remmen. Maar stel dat de remmen van de fietsen die nu nog in de containers zaten, zouden weigeren? Dan zou de ramp niet te overzien zijn. Over een paar weken zouden de scholen weer beginnen en Marco wist uit ervaring dat veel scholieren dan naar de bouwmarkten en supermarkten gingen om een nieuwe fiets aan te schaffen. Zijn hart begon sneller te kloppen, terwijl hij beelden van fietsende scholieren voor zich zag die onder vrachtwagens terechtkwamen, terwijl ze wanhopig probeerden te remmen. Het zou dan niet lang meer duren of de politie zou een link naar Meermans’ fietsen leggen. Hij liep langs de koffieautomaat en drukte op de knop voor een bak koffie. Terwijl hij zijn kantoor binnenliep, nam hij een slok. Bah, die koffie smaakte ook nergens naar, dacht hij. Uit zijn bureaula pakte hij een map, hij bladerde totdat hij het stuk papier met de roze markering tegenkwam. Een vergissing van de Chinees in uw voordeel, dacht hij. Nee, dat ongeluk van Christa was domme pech.
Lees hier aflevering 8 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 7 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 6 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 5 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 4 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 3 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 2 van Rumoer in de maatschap 2016
Lees hier aflevering 1 van Rumoer in de maatschap 2016
Geef een reactie